Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Bidt voor elkander. Jakobus 5:16
Het is een grote bemoediging om met blijdschap voor anderen te bidden, bedenk dat zo’n gebed God grote blijdschap geeft, want ook Christus bad voor anderen. Bij al het reukwerk, dat onze grote Hogepriester in het gouden wierookvat plaatst, is geen korreltje voor Hemzelf. Zijn voorspraak moet wel de meest aangename van alle smekingen zijn — en hoe meer ons gebed lijkt op dat van Christus, hoe aangenamer het zal zijn. Want hoewel onze gebeden voor onszelf niet worden afgewezen, zullen onze smekingen voor anderen, door de dierbare verdienste van Jezus het zoetste offer zijn dat wij God kunnen brengen. Zo’n gebed vertoont meer de vruchten van de Geest, meer liefde, meer geloof, meer broederlijke liefde. Bedenk ook, dat de smeking voor anderen van grote kracht is. Wat een wonderen heeft dat niet tot stand gebracht? De Bijbel staat er vol van. Gelovige, u hebt een machtige hefboom in handen, maak er een goed, een gedurig en een gelovig gebruik van, en u zult ongetwijfeld een weldoener zijn voor uw broeders en zusters. Als de Koning u Zijn oor leent, spreek dan met Hem over de lijdende leden van Zijn lichaam. Wanneer het u vergund wordt zeer dicht tot de troon te naderen, en de Koning tot u zegt: “eis van Mij en Ik zal u geven wat u wilt”, laat dan uw gebed niet allen voor uzelf zijn, maar gedenk ook de velen, die Zijn hulp nodig hebben. Als u genade geschonken is en u geen voorbidder bent, dan moet die genade wel zo klein zijn als een mosterdzaadje. U hebt genade genoeg om voor uw eigen ziel het drijfzand te ontwijken, maar is de stroom van genade niet diep genoeg om in uw opgetuigde boot ook nog eens de zware lading van de noden van anderen op te nemen, zodat u hen ook de rijke zegeningen van uw Heere zou kunnen brengen die ze zonder u moeten missen. O, laat eerder mijn mijn handen werkloos blijven Mijn tong verdorren en verstijven, Mijn hart verflauwen en bezwijken, Dan Uw genade van mij wijken.