En hij zal zijn hand op het hoofd des brandoffers leggen, opdat het voor hem aangenaam zij, om hem te verzoenen. Lev. 1:4
Als de stier het offer van de offeraar werd door het opleggen van zijn hand, hoeveel te meer zal Jezus het onze worden door de handoplegging van het geloof! Als een stier in zijn plaats kon worden aanvaard om verzoening voor hem aan te brengen, hoeveel te meer zal dan de Heere Jezus onze volkomen en algenoegzame verzoening zijn? Sommigen redetwisten over de grote waarheid van de plaatsbekleding, maar wat ons betreft is zij onze hoop, onze vreugde, onze roem, ons alles. Jezus wordt in onze plaats aanvaard om voor ons verzoening aan te brengen en wij worden “aangenomen in de Geliefde”. Laat de lezer er terstond voor zorgen, dat hij zijn hand legt op het volkomen offer van de Heere, opdat hij door het te aanvaarden, het nut ervan mag verwerven. Als hij dat al eens heeft gedaan, laat hij het dan opnieuw doen. Als hij het nog nooit heeft gedaan, laat hij dan zijn hand uitstrekken, zonder een ogenblik uitstel. Jezus is nu de uwe als u Hem wilt bezitten. Leun op Hem, leun sterk op Hem; en dan is Hij zonder enige twijfel de uwe. U wordt verzoend met God, uw zonden worden uitgewist, en u bent van de Heere.
Mijn geloof legt zijn hand op
uw zo dierbaar hoofd,
terwijl ’k berouwvol sta
en daar mijn schuld belijd.