Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Ik heb dienaren te paard gezien en vorsten die als dienaren te voet over de aarde gingen. Prediker 10:7
Vaak nemen mensen met een minder goede afkomst de hoogste plaatsen in, terwijl echte groten wegkwijnen en vergeten worden. Dit is een van de raadsels in Gods voorzienigheid, maar eenmaal zal dit raadsel opgelost worden, tot vreugde van de gelovigen. Als dit jou ook overkomt, moet je jezelf niet verwonderen. Klaag er niet over als dit jou ten deel valt. Toen onze Heere op aarde leefde, betrad Hij het voetpad van moeilijkheden en dienstbaarheid. Hij leefde als de minste van de dienstknechten. Is het dan een wonder dat Zijn volgelingen ook veracht worden? De wereld keert alles om. Zij maakt van de eersten de laatsten, en van de laatsten de eersten. Let er eens op hoe de knechten van de satan hun macht uitoefenen in de wereld! Wat rijden zij op hoge paarden! Wat steken zij hun borst vooruit! Haman heeft een positie aan het hof, terwijl Mordechaï in de poort zit; David zwerft door de bergen, terwijl Saul als koning regeert; Elia kwijnt weg in de spelonk, terwijl Izébel aan de macht is; maar wie zou in hun plaats willen staan? Wie is niet jaloers op deze verachte heiligen? Als het wiel draait, komt het onderste vanzelf boven en het bovenste onder. Heb dus geduld, gelovige. De eeuwigheid zal de verguizingen van de tijd goedmaken. Laten we ervoor oppassen om onze hartstochten en vleselijke begeerten de vrije teugel te geven, terwijl onze eervolle eigenschappen in het stof kruipen. Laten je leden wapens van gerechtigheid zijn voor God. De Heilige Geest houdt van orde en daarom zet Hij onze gaven en krachten allemaal op de juiste plaats. Hij geeft daarbij de hoogste plaats aan de geestelijke gaven, die ons verbinden met de grote Koning. Laten wij deze Goddelijke ordening niet verstoren. Laten we om de genade vragen om ons lichaam te onderwerpen. Wij worden niet wedergeboren om onze driften over ons te laten regeren, maar met het doel om ons als koningen in Christus Jezus zouden regeren over het koninkrijk van onze geest, onze ziel en ons lichaam. Tot heerlijkheid van God de Vader!
