En hij geloofde in de Heere, en Hij rekende het hem tot gerechtigheid. Genesis 15:6
Het geloof van Abram was een geloof aan de belofte betreffende zijn nakomelingschap. God had hem eerder gezegd dat hij een Zaad zou hebben, waarin alle geslachten des aardrijks gezegend zouden worden. Hij herkende daarin precies dezelfde belofte als die aan Eva was gedaan bij de poorten van het paradijs: ‘Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar Zaad.’ Onze Heere zegt: ‘Abraham heeft Mijn dag gezien, en is verblijd geweest.’ In deze belofte zag Abram het ene Zaad, zoals de apostel in Galaten 3:16 zegt: ‘Hij zegt niet: En de zaden, als van velen, maar als van één: En uw Zaad, Hetwelk is Christus.’ Hij heeft Christus met het oog van het geloof gezien, en daarna zag hij de schare die zou geloven in Hem, het Zaad van de vader der gelovigen. Het geloof dat de ziel rechtvaardigt, heeft betrekking op Christus, en niet op dingen die slechts abstracte waarheden zijn. Als uw geloof simpelweg dit of dat dogma voor waar houdt, maakt dat u niet zalig. Maar wanneer uw geloof voor waar houdt dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was, hun zonden hun niet toerekenende, wanneer uw geloof zich wendt tot God in het vlees van de mens, en in Hem met een volkomen vertrouwen rust, dan rechtvaardigt het u, want dat is het geloof van Abram. Hebt u een geloof als dit? Is het een geloof aan de belofte van God? Is het een geloof dat met Christus werkzaam is en alleen op Hem vertrouwt?