Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
En er waren nog andere scheepjes bij Hem. Markus 4 vers 36
Jezus was in deze nacht de Opperbevelhebber van de zee, en omdat Hij erbij was, bleef iedereen in leven. Het is heerlijk om met Jezus te varen, al vaar je maar in een klein schip. Als wij varen in het gezelschap van Christus, kunnen we er niet op rekenen dat we altijd mooi weer hebben, want heftige stormen kunnen zelfs het schip waarin Jezus Zelf aan boord is, heen en weer laten slingeren. Wij kunnen niet verwachten dat de zee rondom ons bootje minder onstuimig zal zijn. Als wij met Jezus gaan, moeten we er tevreden mee zijn dat wij reizen zoals Hij reist. Als de golven tegen Zijn schip aanbeuken, zullen ze het ook tegen het onze doen. Maar we zullen onze voet zeker op de wal zetten, en op onze bestemming aankomen. Toen de storm over het donkere meer van Galilea woedde, verbleekten alle gezichten en iedereen dacht dit niet te zullen overleven. Toen alle menselijke hulp niet meer kon baten, ontwaakte de Heiland, en Hij herschiep de woedende storm met een enkel woord in de diepste stilte. Toen kwamen alle scheepjes tot rust. Laat de Heere Jezus het anker, het roer, de vuurtoren, de reddingsboot en de haven van onze ziel worden. Zijn Kerk is het grote schip; laten wij daar aanwezig zijn. Hij Zelf oefent Zijn aantrekkingskracht op ons uit. Laten we Zijn schip volgen, Zijn signalen opmerken, volgens Zijn aanwijzingen reizen, en nooit bang zijn zolang Hij binnen ons bereik is. Geen enkel schip zal schipbreuk lijden. De grote Opperbevelhebber zal elk vaartuig naar de gewenste haven leiden. Door het geloof zullen wij verder varen op de onstuimige zee. De winden en golven zullen ons niet sparen, maar we zijn Hem gehoorzaam. Welke rukwinden er ook mogen woeden, het geloof zal ons van binnen een zalige rust geven. Hij is altijd in het midden van de scheepjes aanwezig. Laten we ons in Hem verblijden. Zijn vaartuig heeft de haven bereikt en het onze zal die ook eens binnenlopen!