Toen hij begon te zinken, riep hij: Heere, red mij! Mattheüs 14:30
Soms gaat het leven niet zoals je hoopt. Juist als je de Heere wil volgen, zijn dat de momenten om te bidden. Kijk maar naar Petrus: in de eerste stappen van zijn reis op het water besteedde hij weinig aandacht aan gebed. Maar toen hij begon te zinken, werd zijn angst groter dan zijn trots. En precies toen riep hij om hulp. Zijn gebed kwam laat, maar het werd wél gehoord. Misschien herken je dat. Als je pijn hebt, lichamelijk of diep vanbinnen, voelt het soms alsof het gebed je vanzelf tegemoet komt. Alsof je niets liever wilt dan schuilen bij God. En echt, er is geen veiligere plek dan gebed – daar bij Hem vind je rust en bescherming. En weet je? Een gebed hoeft helemaal niet lang te zijn. Petrus sprak maar drie woorden, en dat was genoeg. Het gaat niet om de lengte, maar om de kracht. In tijden van nood ga je vanzelf eenvoudig en recht uit je hart spreken. Alles wat we normaal in lange zinnen proberen te zeggen, kan vaak in één korte, oprechte roep. En dat is nu juist het mooie: waar jouw kracht ophoudt, daar begint Gods werk. Soms is er iets nodig dat jou ertoe brengt om Hem om hulp te vragen. Maar geloof me: Zijn oor is altijd open. Bij Jezus luisteren oor en hart tegelijk, en Zijn hand blijft nooit stil. Zelfs als je Hem pas op het allerlaatste moment aanroept, komt Zijn antwoord snel, krachtig en precies op tijd. Dus als je het gevoel hebt dat je verdrinkt in zorgen of verdriet, hef dan je hart op naar Jezus. Vertrouw erop dat Hij je nooit loslaat. Waar jij niets meer kunt, kan Hij alles. Roep Hem maar aan – je zult zien: het komt goed.