Onder u zijn eeuwige armen. Deuteronomium 33:27
God—de eeuwige God—is altijd je houvast, juist op momenten dat alles tegen lijkt te zitten. Er zijn van die dagen dat je je ontzettend klein en schuldig voelt; je ziet je eigen fouten zo scherp dat je bijna niet meer weet hoe je moet bidden, omdat je het idee hebt dat je niets waard bent. Maar weet je? Juist als je je zo ellendig voelt, zijn daar nog steeds die “eeuwige armen” onder je. Wat zonde ook met je doet, hoe diep je ook gezonken bent, Christus’ liefde en vergeving dragen altijd alles, zelfs dat. Soms krijg je het zwaar te verduren door dingen van buitenaf. Ook dan zijn die eeuwige armen er, altijd onder jou. Hoe diep je ook in de put zit door pijn of teleurstelling, Gods trouw blijft als een cirkel om je heen. Zelfs als je worstelt met alles van binnenuit—twijfels, strijd, onzekerheden—kun je eigenlijk nooit zo diep zakken dat Gods armen je niet meer bereiken. Ze blijven onder je, en zolang dat zo is, kan geen enkele aanval van het kwaad echt vat op je krijgen. Die zekerheid betekent: kracht voor iedere dag, genade voor elke nood, en hulp bij alles wat op je pad komt. En zelfs als het ooit je tijd is om te sterven, val je niet verder dan het graf, want Gods eeuwige armen houden je ook op dat moment vast. Je wordt je hele leven lang gedragen door die armen—armen die nooit moe worden of hun kracht verliezen, want de eeuwige God wordt niet moe en raakt niet uitgeput.
