En gij, Bethlehem Efratha, zijt gij klein onder de duizenden van Juda? Micha 5:1
Waar kwam Hij? Een paar woorden over Bethlehem. Het kleine stadje Bethlehem was dierbaar in de ogen van elke Israëliet. Jeruzalem was een prachtige stad, want daar stond de tempel, de roem van de ganse aarde. De berg Sion was schoon om zijn ligging, de vreugde van de gehele wereld. Maar aan Bethlehem zijn zó veel herinneringen verbonden, dat de Israëliet er graag met zijn gedachten vertoeft. En ook de christen moet Bethlehem liefhebben. Maar de eerste herinnering aan Bethlehem is een droevige herinnering: daar stierf Rachel. We lezen in Genesis 35: ‘En zij reisden van Beth-el (en daarvandaan was het nog een kleine afstand naar Efratha) en Rachel baarde, en zij had het hard in haar baren. En het geschiedde, als zij het hard had in haar baren, zo zeide de vroedvrouw tot haar: Vrees niet, want deze zoon zult gij ook hebben. En het geschiedde als haar ziel uitging (want zij stierf), dat zij zijn naam noemde Ben-oni; maar zijn vader noemde hem Benjamin. Alzo stierf Rachel; en zij werd begraven aan de weg naar Efratha, dat is Bethlehem. Dit is een wonderlijke gebeurtenis, we zouden bijna zeggen: een profetie. Had Maria haar Zoon Jezus ook niet Ben-oni genoemd kunnen hebben? Hij zou haar immers veel doen lijden. De oude Simeon zei tot haar: ‘Een zwaard zal door uw ziel gaan.’ Maar al kon zij Hem Ben-oni geheten hebben, hoe noemde God Zijn Vader Hem? Benjamin, de Zoon van Mijn rechterhand. Ben-oni was Hij als mens. Benjamin heette Hij in betrekking tot de Godheid. Maar een andere vrouw maakte deze plaats beroemd. De naam van deze vrouw was Naomi. Zij was een dochter van vreugde, en toch ook een dochter van droefheid. Naomi was naar een vreemd land gegaan. En toen zij terugkwam, zei zij: ‘Noem mij niet Naomi (aangenaam), maar noem mij Mara (bitter), want de Almachtige heeft mij grote bitterheid aangedaan.’ Ruth, de Moabietische, wilde haar niet verlaten. En we kunnen lezen wat er in het schone Bijbelboek Ruth beschreven staat. In Bethlehem las Ruth korenaren van de velden van Boaz; daar sloeg Boaz acht op haar; daar werd haar huwelijk gesloten. In Bethlehem werden Boaz en Ruth gezegend, en Boaz werd de vader van Obed, en Obed van Isaï, en Isaï was de vader van David. David werd er geboren, de dappere held, die de Filistijnse reus versloeg, en die later tot koning over Israël en Juda gekroond werd. Bethlehem was een koninklijke stad, omdat daar de koningen geboren werden. En daarom moest Bethlehem de geboorteplaats van Christus zijn.
