Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Al de dagen van zijn Nazireerschap zal hij niet eten van iets, dat van de wijnstok van de wijn gemaakt is, van de kernen af, tot de basten toe. Numeri 6:4
De Nazireers hadden onder meer de gelofte afgelegd van geen wijn te nuttigen. Om deze gelofte niet te schenden was hun tevens het gebruik ontzegd van azijn, vervaardigd uit wijn en sterke drank, en om het verbod hun nog duidelijker te maken, mochten zij zelfs het ongegiste druivensap niet aanraken, ja zelfs de druif vers noch gedroogd eten; om derhalve hun gelofte ongeschonden te bewaren, mochten zij niets gebruiken, dat iets met wijn had te maken; zij moesten, in één woord, de schijn van het kwaad vermijden. Dit is voorzeker een les voor ‘s Heeren afgezonderd, die hun leert om de zonde onder elke vorm te verzaken, niet slechts in haar grotere openbaringen, maar zelfs in haar geest en gelijkenis. Een nauwgezette wandel wordt in deze dagen weinig geacht; maar wees verzekerd, lieve lezer, dat het toch zowel het veiligste als het gelukkigste is. Hij, die in enkele zaken toegeeft aan de wereld, verkeert in groot gevaar; die de druiven van Sodom eet, zal spoedig de wijn van Gomorra drinken. Een kleine spleet in de dijk doet in Nederland de zee binnenstromen, en de breuk wordt spoedig zo groot, dat gehele gewesten worden overspoeld. Gelijkvormigheid aan de wereld, zelfs in de geringste mate, is een strik voor de ziel en stelt haar meer en meer bloot aan moedwillige zonden. Daarenboven, evenals de Nazireer, die van het druivensap dronk, niet volkomen zeker kon zijn, dat het niet een zekere mate van gisting had ondergaan, en dus niet geheel gerust in zijn hart kon wezen, dat zijn gelofte ongeschonden bleef, evenmin kan de onbesliste, met de wereld meedoende Christen een onbesmet geweten hebben, maar moet hij zich bewust zijn, dat zijn hart hem veroordeelt. Omtrent twijfelachtige zaken behoeven wij niet te aarzelen, zij zijn ons verboden. Met de verleiding mogen wij niet spelen, maar zonder uitstel haar ontvluchten. Liever als Puritein beschimpt, dan als geveinsde veracht. Voorzichtigheid in de wandel mag veel zelfverloochening eisen, maar zij heeft een eigenaardig genot, dat ruim vergoeding aanbrengt.