Wat hebben de mensen tegen elkaar gestreden! De mens is de wolf van de mensheid. De elementen in hun razernij of de wilde roofdieren met al hun wreedheid zijn nooit zulke verschrikkelijke vijanden van de mens geweest als de mens dat was van zijn eigen medemensen. Als u het verhaal van de vervolgingen onder Maria Stuart in Engeland leest zult u verbaasd zijn dat schepselen met een menselijke vorm ooit zo bloeddorstig zouden kunnen zijn. Noemt men dat Rooms- Katholieken die de Protestanten zo vervolgden? Noemt men dat Rooms-Katholieken? Ze kunnen beter kannibalen genoemd worden, want ze gedroegen zich meer als wilden dan als christenen bij hun bloedige martelingen en moorden op de heiligen Gods.
In deze tijd bemerken wij de wreedheid van de mens niet zo duidelijk, maar dat is alleen omdat de gewoonte in ons land dat niet toestaat; want er zijn velen die niet met de hand durven slaan, maar wel met hun tong en daarbij ontmaskeren ze niet onze fouten, waar ze het volste recht toe hebben, maar in veel gevallen worden Gods kinderen verkeerd voorgesteld, belasterd, uitgescholden, vervolgd en belachelijk gemaakt ter wille van de waarheid; en we kennen vele gevallen waar de toevlucht wordt genomen tot andere middelen om Gods dienaren van hun integriteit te beroven en hen te beletten hun Meester heel eenvoudig te volgen. Terecht zei de Heere Jezus: ’’Wacht u voor de mensen.” ”Zie, Ik zend u als schapen in het midden der wolven; zijt dan voorzichtig gelijk de slangen en oprecht gelijk de duiven.” Verwacht niet dat de mensen vrienden van uw vroomheid zullen zijn en als ze het wel zijn, wantrouw dan de echtheid van die vroomheid waarvan de goddeloze mens een vriend is.
U moet verwachten soms getiranniseerd en soms gedwongen te worden, soms gevleid en dan weer bedreigd te worden; u moet verwachten een gladde tong te ontmoeten waar een getrokken zwaard onder ligt en een andere keer het getrokken zwaard zelf. Kijk uit, en verwacht dat alle mensen tegen u zullen zijn. Maar wat zijn zij allen? Veronderstel dat ieder mens op de wereld tegen u zou zijn en dat u net als Athanasius alleen zou komen te staan, dan zou u net als Athanasius kunnen zeggen: ”lk, Athanasius, tegen de hele wereld; ik weet dat ik de waarheid aan mijn kant heb en daarom weersta ik de hele wereld.”
Wat haalde de haat van de mensen tegen Maarten Luther uit? Ze waren van plan hem te verbranden, maar ondanks hen allen stierf hij op zijn bed. Ze waren van plan een einde aan hem te maken, maar zijn traktaatjes gingen overal heen en Luthers woorden leken te worden gedragen op de vleugels van engelen, totdat de Paus in de meest afgelegen plaatsen plotseling vijanden zag opspringen, terwijl hij dacht dat het goede zaad allemaal vernietigd was. Ik weet niet of het van grote dienst is om tal van mensen met u te hebben. Ik betwijfel het dat de waarheid in het algemeen niet bij de minderheid ligt en dat het niet half zo eervol is om God met twee of drie mensen te dienen dan met twee of drie miljoen; want als aantallen iets juist konden maken zou de afgodendienst de juiste godsdienst zijn; en als in landen overzee de aantallen iets juist maakten zouden degenen die de Heere vrezen weinige zijn en zouden afgodendienst en het Roomse geloof juist zijn. Oordeel nooit naar aantallen, zeg dat het welbeschouwd alleen maar mensen zijn; als het goede mensen zijn, vecht dan aan hun zijde, maar als ze met de waarheid ruzie krijgen verlaat hun gelederen dan. Wees een vriend van de waarheid; beroep u op de wet en op de geboden en wanneer zij niet in overeenstemming met deze woorden spreken is dat omdat er in hen geen licht is.
Het was groots wat Latimer deed toen hij predikte in tegenwoordigheid van Hendrik de Achtste. Hij had Zijne Majesteit zeer mishaagd met zijn stoutmoedigheid in een preek die hij in tegenwoordigheid van de koning gehouden had en werd bevolen de volgende zondag weer te prediken en zijn excuses te maken voor de aanstoot die hij gegeven had. Nadat hij de tekst voor de prediking gelezen had begon hij zijn preek als volgt: ’’Hugh Latimer, weet u in wiens tegenwoordigheid u vandaag predikt? De verheven en machtige koning. Zijne uitnemende Majesteit, Die u het leven kan benemen als u hem aanstoot geeft; pas daarom op dat u geen woord spreekt dat hem onaangenaam is; maar bedenk dan ook goed, Hugh, vanwaar u komt en in Wiens opdracht u gezonden bent, namelijk de grote en machtige God! Die alomtegenwoordig is, al uw wegen gadeslaat en Die bij machte is uw ziel in de hel te werpen!
Zorg er daarom voor dat u uw boodschap getrouw doorgeeft.” Daarop ging hij verder met dezelfde preek die hij de vorige zondag gehouden had, maar met aanzienlijk meer geestkracht. Een dergelijke moed zouden al Gods kinderen moeten tonen wanneer ze met mensen te doen hebben. Zelf bent u niets dan een worm, maar wanneer God Zijn waarheid in u legt, wees dan niet laf en breng Zijn boodschap niet stamelend, maar kom dapper op voor God en Zijn waarheid.
Sommige mensen hemelen altijd een wat ze noemen gepaste bescheidenheid op. Bescheidenheid is zeer betamelijk, maar een afgezant van God moet goed onthouden dat er nog andere deugden dan bescheidenheid zijn. Als de koning een ambassadeur naar een land zou sturen waarmee we in oorlog zijn en de man de conferentie zou binnenstappen en zeggen: ”lk hoop nederig dat u mijn aanwezigheid hier excuseert, maar ik wens u, edelachtbare en heren gevolmachtigden, in alle dingen te behagen; ik besef me dat ik nog maar een jongeman ben en dat u veel ouder bent dan ik en daarom onderwerp ik mij met genoegen aan uw grotere wijsheid en ervaring” en zo voort; ik ben er zeker van dat zijne koninklijke majesteit hem weer terug zou roepen en hem zou bevelen zich uit de politiek terug te trekken.
Hoe durft hij zich zo te vernederen wanneer hij ambassadeur van de koning is! Hij moet onthouden dat hij bekleed is met de waardigheid van de mogendheid die hem zond. Zo moet Gods dienaar ook zijn, het moet hem een schande zijn om te buigen voor een mens; hij heeft als leuze ”Cedo nulli”, ”Ik wijk voor niemand” en terwijl hij Gods waarheid in liefde en oprechtheid predikt hoopt hij dat hij ten laatste met een zuiver geweten verantwoording zal kunnen afleggen tegenover zijn Meester, want alleen zijn Meester blijft hij trouw en alleen voor Hem buigt hij.
