Vrees niet, geloof alleenlijk. Mark. 5:36
Dikwijls is de beproevingstijd een voorbereiding voor een rijke zegen. Als het stil is, verheugen we ons. Maar we verheugen ons met beving, want stilte is vaak een teken van de naderende storm. Maar het kan ook omgekeerd zijn. We kunnen in tijden van nood goede moed hebben, omdat ze vaak de voorboden van een rijke zegen zijn. God kan het ene na het andere van ons nemen. Waarom doet Hij dat? Dat doet Hij om ons te laten zien dat het alles Zijne is, dat alle eer Hem toekomt. Als straks de vloed komt, dan zal Hij ons toeroepen: ‘Vrees niet, geloof alleenlijk.’ Vrees niet. Nee, er hoeft ook geen vrees te zijn als ik mij in het geloof wend tot de ondoorgrondelijke goudmijn van de eeuwige rijkdom van God. Moede, bezwaarde christenen, als wij meer op Jezus zagen, zouden onze noden ons niet zo groot en zo smartelijk toeschijnen. In de donkerste nacht van onze smarten maakt één blik op Jezus onze zwarte hemel helder. Zie op Hem, Die het kruis heeft verdragen en de schande veracht. Wees bereid te verdragen en te lijden als Hij. Zijn voorbeeld kan u de weg wijzen en Zijn liefde u bemoedigen. Zie op Hem, en het zal u welgaan.