Beroem u niet over de dag van morgen, want gij weet niet wat de dag zal baren. Spreuken 27:1
Velen denken dat het voor hen morgen gemakkelijker zal zijn zich te bekeren dan vandaag. Felix zei dat er ‘een gelegener tijd’ zou zijn en dat hij Paulus dan weer zou laten komen om serieus naar hem te luisteren. Menig zondaar vindt dat het hem juist nu niet uitkomt zich om te keren en berouw te hebben, maar over een poosje wel. Nou, als dat geen troef van de onwaarachtigheid is! In de eerste plaats: is het ooit gemakkelijk voor een zondaar zich tot God te keren? Moet dat niet altijd door Gods kracht gebeuren? En verder: als het voor hem nu niet gemakkelijk is, hoe zal het dan later in het leven gemakkelijker zijn? Zullen zijn zonden zijn ziel geen nieuwe boeien aanleggen, zodat het hem helemaal onmogelijk wordt zijn harde en meedogenloze slavernij te ontvluchten? O mensen, als u zegt dat het morgen voor u gemakkelijk is om u te bekeren, wel, waarom dan vandaag niet? U zou merken dat het moeilijk is als u het probeerde, ja, u zou ontdekken hoe hulpeloos u hierin bent. Elk moment van uw leven drijft een nieuwe klinknagel in voor uw eeuwige staat. Voorzover we het kunnen zien, wordt het, naar de mens gesproken, bij elke zonde die de zondaar begaat onwaarschijnlijker dat hij zijn ketenen zal verbreken. De gewoonte heeft hem vaster aan zijn schuld gebonden en zijn ongerechtigheid heeft hem nog meer in haar greep gekregen. Daarom moeten we ons ervoor wachten ons op de dag van morgen te beroemen, onder het voorwendsel dat de bekering morgen veel gemakkelijker is dan vandaag. Het is een van de leugens van de satan, want het zal alleen maar moeilijker worden.
