Toch heb ik nagedacht om dit te kunnen begrijpen, maar het was moeite in mijn ogen, totdat ik Gods heiligdom binnenging en op hun einde lette. Ja, U zet hen op gladde plaatsen, U doet hen in verwoesting vallen. (Psalm 73:16—17) Lees verder Judas 20—25.
Dit onderwerp moet Christenen leren vurig te zijn voor de redding van anderen. Als de straf op de zonde maar een lichte pijn was dan hoeven we ons niet ijverig in te spannen om de mensen daar van te bevrijden. Maar als “eeuwigheid” een plechtig woord is en als de toorn die komt vreselijk is om te dragen, hoe dringend zullen we dan tijdig en ontijdig streven om anderen uit de vlammen te redden! Wat heb jij dit jaar gedaan, wat hebben sommigen van jullie gedaan? Ik vrees, Christenbroeders, dat sommigen van jullie erg weinig hebben gedaan. Geloofd zij God dat er ook veel vurige harten onder jullie zijn, jullie zijn niet allemaal in slaap gevallen. Er zijn er een aantal die met beide handen streven om het werk van de Meester te doen, maar zelfs jullie zijn niet zo vurig als jullie horen te zijn. De prediker zet zichzelf hier op de lijst, treurig belijdend dat hij niet preekt zoals hij verlangd te preken. Als ik de tranen en uitroepen van Baxter had en de vurige serafijnse ijver van Whitefield, dan zou mijn ziel tevreden zijn, maar helaas, we preken koud over brandende thema’s en achteloos over zaken die ons hart moeten maken als de vlammen van het vuur. Maar, broeders, zijn er hier ook geen mannen en vrouwen hier, leden van deze kerk, die niets doen voor Christus? Is er het afgelopen jaar geen ziel door jou gered? Is Christus niet geëerd door jou? Zijn er door jou geen edelstenen in Zijn kroon geplaatst? Waar heb je voor geleefd, was je waardeloos? Wat doe je in de kerk, ben je een vruchteloze boom? Ik hoop dat God er voor zorgt dat je, als je niets voor Hem doet, jezelf vernederd voor Hem en volgend jaar begint met dit besluit, dat je mensen zult overtuigen omdat je de verschrikkingen van de Heere kent, dat je werkt en streeft om zondaren naar het kruis van Christus te brengen.
Ter overdenking
“Wat zal het einde zijn van hen die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn?” (1 Petrus 4:17). De Bijbel leert ons vaak de verschrikkelijkheid van het einde van een zondaar (Psalm 37:38; Spreuken 14:12; Romeinen 6:21; 2 Korinthe 11:15; Filippenzen 3:19). Kun jij de Heere danken voor Zijn verlossing daarvan? Zo ja, wat doe jij om anderen daarvan te verlossen?
Preek 486, 28 december 1862