Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Want Ik, de HEERE, ben niet veranderd. Maleachi 3 vers 6
Te midden van alle veranderlijkheid in dit leven is het goed om te weten dat er Eén onveranderlijk is. Er is er Eén Wiens hart niet omkeert, en op Wiens voorhoofd de tijd geen rimpels kan maken. Alle andere dingen zijn veranderd of zullen nog veranderen. De zon zelf wordt door de jaren heen duister. De wereld wordt oud. Het oprollen van het versleten kleed is begonnen. Hemel en aarde moeten spoedig voorbijgaan. Zij zullen verouderen en vergaan, maar er is er Eén, Die onsterfelijkheid heeft. Er komt geen einde aan Zijn bestaan. In Zijn Persoon treden geen veranderingen op. Zeelui zijn blij als zij voet aan wal zetten, nadat ze dagen en maanden lang op de golven heen en weer zijn geslingerd. Zo voelt de Christen zich bevredigd als hij de voet van het geloof laat rusten op onze tekst: ‘Want Ik, de HEERE, ben niet veranderd.’ Zoals een schip vast ligt als het anker vaste bodem heeft gevonden, zo staat een Christen vast als zijn hoop zich op deze heerlijke waarheid richt. De eigenschappen van God zijn dezelfde als vroeger; Zijn macht, wijsheid, gerechtigheid en waarheid zijn allemaal onveranderd. Hij is altijd de toevlucht van Zijn volk geweest; Hij was hun Burcht in tijden van nood, en Hij is nog steeds hun Redder. Zijn liefde is onveranderd. Hij heeft Zijn volk lief met een eeuwige liefde. Hij heeft hen nu nog even lief als vroeger, en als alle aardse dingen in de wereldbrand zullen versmelten, zal Zijn liefde nog zijn als de dauw. Hoe dierbaar is de zekerheid dat Hij niet verandert. Het rad van de voorzienigheid draait, maar de as ervan wordt gevormd door eeuwige liefde!