Lichthartige, losbandige man, er is een arm meisje wiens lichaam en ziel in het verleden door u is geruïneerd en er is niets wat u kunt doen om dat onheil ongedaan te maken. Al zouden uw tranen voor altijd stromen, u kunt nooit het verleden uitwissen of het verkeerde herstellen. Al zou u die ronddwalende ziel door Goddelijke genade terugbrengen, zelfs dan kon het bittere verleden niet ongeschreven zijn, want ook zij heeft het gif verspreid. Al de zonden van het vervloekte verleden zal voortleven. God vergeeft zonde, maar er zijn veel gevolgen van de zonde die God niet afwendt. Als u het vuur aansteekt, brandt het door naar de laagste delen van de hel. God kan u deze brandstichting vergeven, maar het vuur zelf gaat nog steeds door. U sprak verkeerde woorden over de Heere Jezus in de oren van een jonge vriend, dat hem van het rechte pad afbracht. U kunt het niet ongedaan maken, de ontrouw en het ongeloof van die jongeling kunt u niet uitroeien. Het eeuwige onheil dat u anderen hebt aangedaan, kan een goede reden zijn voor de Allerhoogste waarom Hij u niet zou vergeven; maar, wonder van genade, toch zegt Hij: ” Mijn gedachten zijn niet ulieder gedachten (Jesaja 55:8).” Met dit alles voor Hem, met alle gevolgen van uw zonde voor Hem, vergeeft Hij u vrijmoedig als u op Jezus rust.