Toen kwam de HEERE, en stelde Zich daar, en riep gelijk de andere malen: Samuël, Samuël! En Samuël zeide: Spreek, want Uw knecht hoort. 1 SAMUEL 3:10
Wie God wil horen spreken, hoeft niet lang te wachten, want God spreekt voortdurend tot de mensen door de Schriften, die ons door inspiratie zijn gegeven. Het is jammer, dat wij zo doof zijn voor de leer ervan! Dit wonderbaarlijke Boek, zo vol wijsheid, wordt zo weinig gelezen dat weinigen onder ons het aandurven de bladzijden ervan in te zien en te zeggen: “O Heere, in dit boek heb ik Uw spreken gehoord.” Op andere momenten spreekt de Heere door de voorzienigheid. Zowel de algemene voorzienigheden als persoonlijke voorzienigheden hebben een betekenis; voorzienigheden die treffen en voorzienigheden die troosten hebben allen een stem. Maar helaas, ik vrees dat de voorzienigheid voor ons vaak stom is omdat wij doof zijn. Ik ben bang dat weinigen onder u kunnen zeggen: “O Heere, in de voorzienigheid heb ik Uw spreken gehoord.” De God van de hemel spreekt tot de mensen door Zijn Heilige Geest. Hij doet dit soms in de gewone werkingen van de Geest op de goddelozen die het weerstaan, zoals ook hun vaderen deden. De Geest strijdt met de mensen; Hij roept, en zij weigeren; Hij strekt Zijn handen uit, en zij nemen Hem niet aan. Hoewel wij oren hebben om te horen, doven wij dikwijls de Geest; wij bedroeven Hem, wij veronachtzamen Zijn bevelen, en als wij Zijn leringen niet verachten, vergeten wij ze toch maar al te dikwijls en luisteren naar de dwaasheden van de aarde in plaats van te letten op de wijsheid van de hemel.