Kom, zie de plaats waar de Heere gelegen heeft. Matt. 28:6b
Het graf van Jezus is geen gewoon graf. Het is geen uitgegraven gat voor een zwerver, waarin de laatste resten van zijn arme en oververmoeide botten zijn begraven. Het is een vorstelijk graf. Het is gemaakt van marmer en uitgehouwen in de zijkant van een heuvel. Lezer, kom eens naast me staan en vraag jezelf eens af waarom Jezus zo’n kostbaar graf had. Hij had geen mooie kleren. Hij had geen prachtig paleis, er was geen plek waar Hij zijn hoofd kon neerleggen. Zijn sandalen waren niet met goud versierd, Hij was arm. Waarom lag Hij dan in zo’n edel graf? Het lichaam van Christus doorstond schande, spot, hoon en smaad totdat Hij Zijn grote werk had volbracht. Hij werd vertrapt, ‘Hij was veracht, de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten’ (Jesaja 53:3). Maar zodra Hij Zijn werk voltooid had, zei God: dit lichaam zal niet langer te schande worden gemaakt. Jezus sliep in een kostbaar graf omdat Zijn Vader van Hem hield en Hem eerde omdat Hij Zijn werk had volbracht. Hoewel het een kostbaar graf is, is het wel een geleend graf. Kijk eens omhoog, er staat een tekst: ‘Ter nagedachtenis aan de familie van Jozef van Arimathea’. Toch sliep Jezus daar.
Hij was inderdaad begraven in het graf van iemand anders. Hij had geen eigen huis en als Hij rustte, sliep Hij in het huis van iemand anders. Hij had geen tafel, maar leefde van de gastvrijheid van Zijn discipelen, die hun boten ter beschikking stelden om in te preken. In heel de wereld was er niets wat Hij bezat. En nu moest Hij uit barmhartigheid een graf toebedeeld krijgen.
Het was een geleend graf, en waarom? Het laat zien dat, zoals Zijn zonden geleende zonden waren, Zijn graf een geleend graf was. Christus had van Zichzelf geen zonden, maar Hij nam de onze op Zich. Hij heeft al mijn zonden op Zich genomen, en als je in Hem gelooft, ook al de jouwe. Hij droeg de smarten voor al Zijn volk in Zijn lichaam aan het kruis. En aangezien het de zonden van anderen waren, rustte Hij ook in het graf van een ander. De zonden waren Hem toegerekend, en zo was het ook met het graf. Het was niet Zijn graf, het was het graf van Jozef.
Nu dit duidelijk is, wil ik je voor dat je het graf verlaat vragen om naar beneden te kijken en nog één ding op te merken. Het graf heb je gezien, maar heb je ook de grafdoeken gezien? Ze liggen allemaal netjes op hun plaats, zelfs de zweetdoek ligt netjes opgerold. De Joden beweerden dat rovers het lichaam hadden meegenomen, maar als dat het geval was geweest, dan hadden ze zeker ook de kleren meegenomen. Ze zouden er nooit aan gedacht hebben om ze zo zorgvuldig op te vouwen en neer te leggen. Ze zouden te gehaast zijn geweest om daaraan te denken. Maar waarom lagen de kleren er dan zo netjes bij? Omdat het ons duidelijk moet zijn dat Christus niet gehaast het graf verliet. Hij sliep tot het laatste moment, en toen Hij wakker werd, maakte Hij geen haast. Op het afgesproken uur en de afgesproken tijd werd Jezus Christus rustig wakker, trok Zijn kleding uit, liet ze achter Zich en kwam naar buiten. Kijk nog eens goed naar het graf, jouw Jezus lag daar. Hij is vermoord en jij, mijn ziel, was de moordenaar.
Jouw rechterhand en de mijne staken de dolk in Zijn hart. Vanwege onze zonden hebben we Christus gedood. Vreselijk, ik heb Degene gedood Die mij liefhad met een eeuwigdurende liefde. Waarom komen er geen tranen in mijn ogen als ik aan het verminkte lichaam van Jezus denk? O lezer, laat maar zien hoe verdrietig je bent, want je hebt er reden toe. Het leek mij zo’n droevige zaak dat Christus moest sterven; en het lijkt mij vaak een te hoge prijs voor Jezus Christus om wormen als ons met Zijn Eigen bloed te kopen. Het lijkt mij te kostbaar voor Hem, Die de Vorst van het Leven en de Heerlijkheid is, om Zijn edele ledematen te laten martelen in doodsangst. Dat de handen die barmhartigheid droegen, zouden worden doorboord met vervloekte spijkers; dat de slapen die altijd met liefde waren bekleed, zouden worden doorboord met wrede doornen. Het lijkt te veel. Oh christen wees bedroefd en laat je droefheid toenemen. Is de prijs niet veel te hoog, dat je Geliefde Zichzelf voor jou moest opofferen? Ik denk dat als iemand door een ander van de dood wordt gered, hij diep bedroefd zal zijn als zijn redder zijn leven verliest bij deze poging. Ik had een vriend die langs de kant van een stuk bevroren water stond. Hij zag een jongetje in het water en sprong op het ijs om hem te redden. Nadat hij het jongetje had gegrepen, hield hij hem in zijn handen en riep: ‘Hier is hij! Hier is hij! Ik heb hem gered!’ Maar net toen hij het jongetje te pakken had, zonk hij zelf en pas na een paar dagen werd zijn lichaam teruggevonden. Zo is het ook met Jezus. Jouw ziel was aan het verdrinken. Vanuit de hoge poorten van de hemel zag Hij je wegzinken in de diepten van de hel en ten koste van Zijn eigen leven sprong Hij je te hulp en heeft Hij je gered.