Maar nu in Christus Jezus, zijt gij, die eertijds verre waart, nabij geworden door het bloed van Christus. Efeze 2:13
Met welk wapen kunnen we de tegenstander verdrijven, zodat we tot God kunnen gaan? Staat er niet geschreven dat we door Zijn bloed nabijgekomen zijn? Bestaat er geen verse en levende weg die Hij ons ingewijd heeft? Kunnen we niet met vrijmoedigheid ingaan in het heilige der heiligen door het bloed van Jezus? Als we zijn gaan zien dat Christus voor ons gestorven is, kunnen we verzekerd zijn van Gods liefde voor ons; als we gaan inzien dat die verzoening de zonden van ons heeft weggedaan, zijn we zeker van Gods gunst. We gaan dan begrijpen dat we met vrijmoedigheid tot de Vader mogen gaan, en kunnen zeggen: ‘Zo laat ons toegaan met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs, onze harten gereinigd zijnde van het kwaad geweten, en het lichaam gewassen zijnde met rein water’ (Hebr. 10:22). Pleitend op de verzoening door het bloed van het Lam, wagen we het tot God te gaan. Zie, de boze gaat ons uit de weg. De heilige naam van Jezus is voldoende om hem op de vlucht te doen slaan. Die naam zal zijn godslasterlijke voorstellen en walgelijke beschuldigingen beter verdrijven dan iets wat u zou kunnen bedenken. De hellehond kent de gevreesde naam, waardoor hij zal gaan liggen; we moeten hem tegemoet treden met het gezag en in het bijzonder met de verzoening van het Lam van God. Als we Mozes naar hem toesturen, zal hij slechts nog harder tekeergaan; want hij ontleent zijn kracht aan ons overtreden van de wet, en we kunnen hem niet tot zwijgen brengen, tenzij we de grote Heere meebrengen, Die de wet gehouden en geëerd heeft.