Het was een wijze opdracht die de profeet aan de arme vrouw gaf toen de Heere op het punt stond haar olie te vermenigvuldigen. Hij zei: “Ga, eis voor u vaten van buiten,” “giet in al die vaten, en zet weg dat vol is,” maar wat zei hij nog meer? “Sluit de deur.” Als de deur open was geweest, hadden een paar van haar roddelende buren naar binnen gekeken en gezegd: “Wat bent u aan het doen? Hoopt u echt dat u al die vaten uit die kleine kruik kunt vullen, waarom doet u dat, mens, u lijkt wel gek!” Ik ben bang dat ze die geloofsdaad niet had kunnen uitvoeren als de tegenstanders niet waren buitengesloten. Het is een grootse zaak dat de ziel de deur tegen afleiding kan vergrendelen en de indringers buiten houdt; want dan is het dat gebed en geloof hun wonder zullen verrichten en onze ziel zal vervuld worden met de zegen van de Heere. Moge genade ons helpen als wij ons niet kunnen afzonderen voor gebed zodat wij niet door omstandigheden afgeleid worden wanneer wij zuchtend bidden.