Doch Hanna antwoordde en zeide: Neen, mijn heer, ik ben een vrouw bezwaard van geest. 1 Samuël 1:15
Christenen ondervinden veel wat ze nooit zouden moeten ondervinden. De helft van de moeilijkheden van het leven is van eigen fabrikaat, en volstrekt onnodig. We bedroeven onszelf misschien wel tienmaal méér dan dat God ons bedroeft. God zendt in Zijn voorzienig bestel één wolk, en wij laten er tientallen opkomen door ons ongeloof. Toch kan iemand bezwaard van geest zijn, die de Heere waarachtig en met ernst vreest. Veroordeel nooit iemand aan wie u ziet dat hij droevig is en schrijf hem niet af als iemand die onder Gods toorn ligt. U zou zich ernstig kunnen vergissen en heel onbarmhartig zijn als u zo snel met uw oordeel klaarstond. Dwazen verachten de aangevochtenen, maar wie wijs is, acht hen hoog. Veel van de zoetst geurende bloemen in de hof van de genade groeien in de schaduw, en gedijen in de drup. Ik ben ervan overtuigd dat Hij ‘Die onder de leliën weidt’ zeldzame planten in Zijn flora heeft, schoon en welriekend, uitgelezen en aantrekkelijk, die meer thuis zijn in de nevels van het treuren dan in de fel schijnende zon van de vreugd. Ik heb die mensen gekend die een levende les voor ons allen zijn geweest, door het berouw van hun verbroken hart, hun heilige ernst, hun grote waakzaamheid, hun liefelijke nederigheid en hun tedere liefde. Dat zijn de leliën der dalen, die een rijkdom aan schoonheid dragen, die de Koning Zelf aangenaam is. Zwak wat betreft hun verzekerdheid, en meelijwekkend door hun schroom, zijn ze toch liefelijk geweest in hun zwaarmoedigheid, en aangenaam in hun heilige vrees. Hanna bezat de godzaligheid, ondanks haar verdriet.