Zalig zijn die treuren; want zij zullen vertroost worden. Mattheüs 5: 4
Door het tranendal komen we naar Sion. Men zou kunnen denken dat treuren en zalig zijn tegenover elkaar zouden staan, maar de oneindige wijze Zaligmaker voegt ze samen in deze zaligspreking. Wat Hij samengevoegd heeft, zal niemand scheiden. Treuren over de zonde – onze eigen zonden en de zonden van anderen – is het zegel van de Heere op Zijn getrouwen. Wanneer de Geest der Genade over het huis van David of een ander huis gegoten wordt, zullen zij treuren. Door heilige rouw ontvangen we het beste van onze zegeningen, zoals wij door water van alle gemakken voorzien worden. Niet alleen zal de treurende op een toekomstige dag zalig zijn, maar Christus spreekt hem nu al zalig. De Heilige Geest zal de harten die over de zonde treuren, zeker troosten. Zij zullen worden getroost door de toepassing van het bloed van Jezus en door de reinigende kracht van de Heilige Geest. Zij zullen worden getroost over de overvloedige zonde van hun stad en van hun tijd door de zekerheid dat God Zichzelf zal verheerlijken, hoeveel men ook tegen Hem kan rebelleren. Zij zullen getroost worden met de verwachting dat zij voor altijd van de zonde zullen worden bevrijd en binnenkort zullen worden opgenomen om voor altijd te verblijven in de glorieuze tegenwoordigheid van hun Heere.