De zonde van de gelovige werd gelegd op de Heere Jezus Christus, “want de Heere heeft onzer aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen (Jesaja 53:6).” En vanaf die dag is de straf voor de zonde gelost en te niet gedaan door de Verlosser die zelf de straf heeft ondergaan. De zwarte wolk van uw zonde bevat geen regen, het heeft zijn regen uitgestort op Christus. De zwarte wolk is voor u zelfs opgehouden te bestaan. De Rode Zee van uw zonde kan u niet meer verdrinken, er is een droge doorgang door Christus, u bent helemaal veilig. Uw zonde is op zichzelf uiterst dodelijk en verwoestend zoals u kon zien in de persoon van de Heere Jezus. Daardoor zal de zonde u niet meer kunnen vernietigen of veroordelen, want het heeft Christus vernietigd en veroordeeld zodat Hij op Zijn beurt de zonde kon vernietigen en veroordelen.