Selecteer een zoekfilter
Zoek in titel
Zoek in inhoud

De schatkamer van David

28 december | Bijbels Dagboek De Schatkamer Van David

1 Hallelujah! Looft den HEERE uit de hemelen; looft Hem in de hoogste plaatsen! 2 Looft Hem, al Zijn engelen! Looft Hem, al Zijn heirscharen! 3 Looft Hem, zon en maan! Looft Hem, alle gij lichtende sterren! 4 Looft Hem, gij hemelen der hemelen! en gij wateren, die boven de hemelen zijt! 5 Dat zij den Naam des HEEREN loven; want als Hij het beval, zo werden zij geschapen. 6 En Hij heeft ze bevestigd voor altoos in eeuwigheid; Hij heeft hun een orde gegeven, die geen van hen zal overtreden.

Zie hoe de psalmist het woord ‘Looft!’ uitbazuint. Het klinkt wel negenmaal op in de eerste vijf verzen van zijn lied. Als repeterende vuurmonden klinken uitbundige aansporingen met geweldige kracht: ‘Looft! Looft! Looft!’ De trommel van de grote Koning roffelt in de hele wereld met deze ene boodschap: ‘Looft! Looft! Looft!’ Al deze lof is speciaal en persoonlijk voor Jehova. Looft niet Zijn dienaren of Zijn werken; maar looft Hém. Is Hij niet alle mogelijke lof waardig? Doe de lof in volle omvang voor Hém klinken; doe hem alleen daar klinken! Intelligente wezens, volmaakt van karakter en van zaligheid, laat uw luidste muziek klinken voor uw Heere, ieder van u. Geen enkele schrandere geest is uitgezonderd van deze gewijde dienst. Met hoevelen u ook bent, o engelen, u bent allemaal Zijn engelen, en daarom bent u verplicht, u allemaal, tot deze dienst aan uw Heere. Of u nu Gabriël heet, of Michael, of hoe u ook verder bekend bent, looft de Heere. ‘Looft Hem, al Zijn heirscharen!’

Deze omvatten de engelenlegers, maar alle hemellichamen horen er ook bij. Hoewel ze niet bezield zijn, hebben de sterren, wolken en de bliksem hun eigen manier om Jehova te loven. Laat elk van de ontelbare legioenen van de Heere der heirscharen Zijn glorie gestalte geven; want de ontelbare legers zijn alle van Hem: door schepping, en bewaring, en de daaruit voortvloeiende verplichting. Deze beide zinnen eisen eensgezinde lof van degenen in de hoge regionen, die worden opgeroepen de toon te zetten: ‘al Zijn engelen … al Zijn heirscharen’. Diezelfde hartelijke eensgezindheid moet het hele orkest van lofprijzers doortrekken; vandaar dat wij, verderop, lezen van alle lichtende sterren, alle afgronden, alle heuvelen, alle cederbomen en alle volken. Wat begint het concert goed als alle engelen en de gehele hemelse schare, de eerste vreugdevolle tonen aanheffen! Aan dat concert zouden onze zielen dadelijk mee willen doen.

De Schepper moet eer van Zijn werken krijgen, ze moeten Zijn lof verkondigen; en derhalve moeten zij Zijn Naam loven – waarmee Zijn Wezen wordt bedoeld. De Naam van Jehova staat leesbaar op Zijn werken geschreven, zodat Zijn macht, wijsheid, goedheid en andere eigenschappen daarin duidelijk worden gemaakt aan opmerkzame mensen, en Zijn Naam zo geprezen wordt. De hoogste lof van God is, uitroepen wat Hij is. Wij kunnen niets bedenken wat de Heere zou verheerlijken; wij kunnen Hem nooit beter loven dan door Zijn Naam te herhalen, of Zijn Wezen te beschrijven. De Heere moet worden geloofd om de schepping van alles wat bestaat, en omdat Hij dat deed door de eenvoudige werking van Zijn woord. Hij schiep door een bevel; wat een macht! Met reden mag Hij verwachten dat diegenen die hun bestaan aan Hem te danken hebben, Hem prijzen. Evolutie moge atheïstisch zijn, de leer van de schepping vraagt logischerwijze om aanbidding; en daarom bewijst deze leer, aangezien men de boom aan zijn vruchten kent, zijn eigen waarheid. Wie door een bevel zijn geschapen, hebben het bevel hun Schepper te aanbidden.

Overweging:

De stem die sprak: ‘Laten zij leven’, spreekt nu: ‘Laten zij loven’

Dag gemist? Bekijk hier het hele Dagboek.

Welkom Terug!

Log hieronder in op uw account

Maak een nieuw account!

Vul de onderstaande formulieren in om te registreren op Het Spurgeon Archief

Haal uw wachtwoord op

Voer uw gebruikersnaam of e-mailadres in om uw wachtwoord opnieuw in te stellen.