… maar de rechtvaardige zal door zijn geloof leven. Habakuk 2:4
De rechtvaardige zal door zijn geloof leven.’ Dit ene zinnetje heeft de Reformatie voortgebracht. Uit deze ene regel, als door het openen van een van de zegelen uit Openbaring, is al het geklank van de evangelietrompetten voortgekomen. Dit ene zaadje, vergeten en verborgen in de duistere Middeleeuwen, werd voortgebracht en gelegd in het hart van een mens. De Geest van God deed het groeien, zodat het uiteindelijk iets geweldigs uitwerkte. Deze handvol koren op de hoogte der bergen werd zo vermenigvuldigd, dat de vrucht ervan ruiste als de Libanon, en dat die van de stad bloeiden als het kruid der aarde. Het laatste beetje waarheid, waar het ook wordt gestrooid, zal leven! Bepaalde planten zijn zo vol levenskracht, dat als je maar een stukje van het blad neemt en dat in de grond zet, het blad zal wortelen en groeien. Het is ten enenmale onmogelijk dat dit plantenleven zal sterven – en zo is het ook met de waarheid Gods. Zij leeft en is onvergankelijk, en daarom kan zij niet worden tenietgedaan. Zolang de Bijbel blijft, zal de godsdienst van de vrije genade leven. Ja, als ze alle gedrukte Schriften konden verbranden, dan zou, zolang er nog een kind overbleef dat zich een enkele tekst van het Woord herinnerde, de waarheid weer opstaan. Zelfs in de as van de waarheid blijft het vuur bestaan, en als de adem des Heeren erop blaast, zal de vlam heerlijk oplaaien. Omdat dit zo is, moet dit ons hart tot troost zijn in deze tijd van godslastering en afkeuring, tot troost, ook al verdort het gras en valt de bloem af: ‘…maar het woord des Heeren blijft in der eeuwigheid. En dit is het Woord dat onder u verkondigd is.’