… door Wiens striemen gij genezen zijt. 1 Petrus 2:24
Hebt u de blik wel eens op de zon geslagen, er strak naar gekeken en geprobeerd uw oogleden niet neer te slaan? Als u dat gedaan hebt, weet ik wat er is gebeurd; want toen u weer omlaag keek naar het landschap, kon u dat niet zien. Het leek alsof u uw oog kwijt was: het was verblind door het stralende licht waarin het had gestaard. Zo kijkt u misschien op de wereld van de zonde, en ziet u er een beetje schoonheid in, totdat u op hem ziet – en dan verblindt de klaarheid van Zijn heerlijkheid uw oog. Daarna is de wereld duister en zwart, en u wilt dat ze zo blijft. Laat deze ogen voor altijd blind zijn als de duisternis van de nacht, en laat deze oren voor altijd doof zijn als de stilte – liever dan dat de zonde me zou bekoren, of iets anders mijn geest in beslag zou nemen dan alleen de Heere der liefde, Die Zich liet doodbloeden om mij voor Zichzelf vrij te kopen. Dat is de koninklijke weg naar de heiligmaking. ‘Door Wiens striemen gij genezen zijt.’ Dat is hetzelfde als wanneer de Geest zou zeggen: Er is een middel om tot heiligmaking te komen. Als u wilt weten hoe het is om dood te zijn voor de zonde, en levend tot gerechtigheid, dan is het dit: Zijn striemen zullen u genezen. Er is een geneesmiddel tegen de zonde. Wij denken dat we van de zonde worden genezen door iets van onszelf te geven, en iets goeds te doen – maar in werkelijkheid is het geneesmiddel tegen de zonde: nemen. Wat ‘nemen’? Neem de wonden van uw lieve Heere en vertrouw daarop. Neem Zijn smarten en rust daarin, neem Zijn dood en geloof daaraan, neem Hem en bemin Hem. We overwinnen door het bloed van het Lam!