En wij weten dat voor hen die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede. Romeinen 8:28
Er zijn momenten waarop een gelovige volkomen zeker is. Hij weet dat God juist achterin het schip zit wanneer deze het hevigst door elkaar wordt geschud. Hij gelooft dat er een onzichtbare hand is die de wereld bestuurt, en waar het lot hem ook brengt, Jehova leidt alles. Die vaste overtuiging geeft hem de kracht om, wat er ook op zijn pad komt, met vertrouwen tegemoet te treden. Hij weet dat God altijd wijs is, en daarom is hij ervan overtuigd dat er geen toeval of vergissingen bestaan – niets gebeurt zonder dat God het toestaat. Hij kan zeggen: ‘Al zou ik alles verliezen wat ik bezit, dan nog is het mij liever zo, als God het zo beschikt; als Hij het toestaat is zelfs de hevigste storm het beste en wijste dat mij kan overkomen.” Hij weet, dat voor hen die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede. Voor de christen is dit geen loze gedachte, maar een levend geloofsfeit. Tot nu toe heeft alles wat hem overkwam zegen gebracht. Elke gebeurtenis heeft vruchten voortgebracht die door God gezegend zijn. Omdat hij vertrouwt dat God alles leidt en wijs regeert, en zelfs uit ogenschijnlijk kwaad het beste doet voortkomen, heeft hij vrede in het gemoed en is hij gereed om elke beproeving te dragen. In volledige overgave bidt hij dan: “Mijn God, geef mij wat U wilt, zolang het maar van U komt; want van Uw tafel is immers nooit iets slechts gekomen voor Uw kinderen.
