Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
De HEERE heeft grote dingen bij ons gedaan; daarom zijn wij verblijd. Psalm 126 vers 3
Sommige Christenen hebben de droevige neiging om alles van de donkere kant te bekijken. Zij blijven stilstaan bij de dingen die zij doorgemaakt hebben, in plaats van bij de dingen die God voor hen deed. Als je hen vraagt naar hun indruk van het christelijke leven, zullen ze je zeggen dat het een voortdurende strijd is, dat zij veel verdrietige dingen hebben meegemaakt en dat zij veel last hebben van de zondigheid van hun hart. Zij maken bijna geen melding van de genade en de hulp van God, die Hij hen gegeven heeft. Maar een Christen die in een gezonde toestand is, zal blij voor de dag treden en zeggen: ‘Ik wil niet over mezelf spreken, maar tot verheerlijking van God.’ Hij heeft mij uit een kuil vol kolkend water opgebeurd en zette mijn voeten op een rots. Hij maakte mijn stappen vast. Hij legde mij een nieuw lied in de mond, een lofzang voor onze God. Hij heeft grote dingen bij ons gedaan; daarom zijn wij verblijd. Wanneer wij Gods daden op deze manier opsommen, en Hem zo verheerlijken, geven wij Hem het beste offer dat wij Hem kunnen aanbieden. Het is een waarheid dat wij beproevingen meemaken, maar het is even waar dat wij eruit gered worden. Het is waar, dat wij onze verdorvenheden hebben, maar het is even waar dat wij een geschikte Zaligmaker hebben, Die deze verdorvenheden overwint en ons uit hun greep verlost. Als wij terugkijken naar het verleden, zou het verkeerd zijn om te ontkennen dat wij terecht kwamen in de poel Mistrouwen en dat wij door de vallei van Verootmoediging gegaan zijn; maar het zou even verkeerd zijn om te vergeten, dat wij er veilig doorheen gekomen zijn en dat deze ervaring ons tot nut is geweest. Wij zijn er niet in gebleven, dankzij onze almachtige Helper en Leidsman, Die ons in een vruchtbaar land gebracht heeft. Hoe zwaarder onze beproevingen waren, des te dieper zal onze dank richting God zijn, Die ons door alles heen geholpen heeft en ons tot hiertoe beschermd heeft. Onze smarten kunnen het lied van onze dankzegging niet verhinderen. Zij vormen de bassen in ons levenslied: ‘De HEERE heeft grote dingen bij ons gedaan; daarom zijn wij verblijd.’
