Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Morgen”
Zo woonde Mefiboseth in Jeruzalem, omdat hij voortdurend aan de tafel van de koning at. Hij was kreupel aan zijn beide voeten. 2 Samuel 9:13
Mefiboseth was geen sieraad voor de tafel van een koning, maar toch had hij een vaste plaats aan de tafel van David, omdat de koning de trekken van zijn geliefde vriend Jonathan kon zien. Mefiboseth zei tegen David: ‘Wat is uw dienaar dat u aandacht schenkt aan zo’n dode hond als ik ben?’ Dit mogen wij ook wel tegen de Koning van de heerlijkheid zeggen! En ondanks dit feit, geeft de HEERE ons de geweldige omgang met Zichzelf, omdat Hij in onze trekken het beeld van Zijn lieve Zoon Jezus ziet. Het volk van God is kostbaar voor Hem, omwille van een Ander. De liefde die de Vader voor Zijn enige Zoon heeft, is zo groot, dat Hij ter wille van Hem Zijn onbetekende broeders vanuit de armoede opheft tot het hoogste gezelschap, tot de adellijke stand, en tot de tafel van de Koning. Hun misvorming zal hen niet van hun voorrechten beroven. Verlamdheid verhindert ons niet om iemands kind te zijn; een kreupele is net zo goed erfgenaam als degene die kan lopen zoals Asahel. Ons recht wordt niet minder als onze kracht afneemt. De tafel van de Koning is een heerlijke schuilplaats voor verlamde benen, en aan het feestmaal van het Evangelie leren wij roemen in onze zwakheden, omdat de kracht van Christus op ons rust. Hoewel de voorrechten van de zwakke gelovige niet minder zijn dan die van de sterke, kan deze zwakheid wel schadelijk zijn. Mefiboseth werd door David gezegend, maar toch was hij verlamd aan zijn voeten, en daarom kon hij David niet volgen tijdens diens vlucht uit de stad, en werd hij bespot door zijn knecht Ziba. Gelovigen van wie het geloof zwak is en de kennis klein, verliezen heel veel; zij staan bloot aan veel vijanden en kunnen de Koning niet overal volgen, waar Hij heengaat. Vaak is de oorzaak van deze zwakheid een val in het verleden. Als pasbekeerden in hun geestelijke kindertijd slecht geleid worden, komen zij vaak terecht in moedeloosheid, die zij nooit te boven komen. Bij anderen veroorzaakt de zonde gebroken benen. ‘Heere, leer de kreupele toch springen als het hert, en verzadig al Uw kinderen met het Brood van Uw tafel!’