Als het waar is dat er alleen aan de binnenkant van de kerkmuur een zekere heiligheid is en niet aan de buitenkant ervan. Als het waar is dat de frisse buitenlucht de genade wegblaast en dat we voor Gods goedkeuring grote bogen, pilaren, gangpaden en koren nodig hebben, vaarwel dan, groene lanen, heerlijke tuinen en mooie bossen, want voortaan moeten wij, zonder ophouden ons in de plaatsen begeven waar jullie heerlijke geur en frisheid ons nooit kunnen bereiken. Deze gedachte zou natuurlijk belachelijk zijn, daarom is het een feit dat het bezoeken van een bepaalde plaats weinig of niets te maken heeft met gebed. Deze conclusie komt overeen met wat Paulus zei op de heuvel Areopagus¹: “De God, Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is; Deze, zijnde een Heere des hemels en der aarde, woont niet in tempelen met handen gemaakt (Handelingen 17:24).”
¹ Areopagus, een 115 meter hoge heuvel ten noordwesten van de Akropolis, waar de hoogste rechtbank van Athene was gevestigd.