“En Filippus liep toe en hoorde hem (de kamerling) de profeet Jesaja lezen en hij zei: ‘Verstaat gij ook hetgeen gij leest?’ Handelingen 8:30-33
Ik had eens een gesprek met iemand over een belangrijk leerstuk. Ik geloof dat dit leerstuk duidelijk in de Schrift geleerd wordt. Maar deze man zei dat hij de Bijbel op zijn knieën door had gelezen – als ik het me goed herinner wel zes keer. Hij had dit leerstuk echter niet in de Bijbel kunnen vinden. “Broeder”, antwoordde ik, “dat is ook een veel te moeilijke houding om de Bijbel te lezen! Ik zou liever op een stoel gaan zitten om de bladzij in een natuurlijke en gemakkelijk houding te bestuderen. Bovendien zou ik er dan niet zo snel door heen zijn gesneld, zoals u door de hoofdstukken heen moet hebben geraced. Ik zou liever weinig tegelijk gelezen hebben en het geprobeerd hebben te begrijpen.” “Verstaat gij wat gij leest?”, dat is de vraag. “Ik lees elke morgen een hoofdstuk”, zegt iemand. Dat is heel goed, blijf dat doen, maar “verstaat gij ook hetgeen gij leest?”. “Wel, ik leer ook dagelijks een tekst uit mijn hoofd.” Fijn, maar ‘verstaat gij ook hetgeen gij leest?” Dat is het belangrijkste punt. De vlinder fladdert van bloem tot bloem, zonder dat dit ook maar enig resultaat heeft. Maar kijk nu eens naar de bijen. Zij dringen zich helemaal in de bloemkelken. Dan komen zij eruit, terwijl,zij vol met stuifmeel zitten. Hun magen zijn gevuld met de heerlijkste honing, om die naar hun korven te brengen. Dat is de manier om de Bijbel te lezen: dring de bloemen van de Schrift binnen. Dompel u in de diepste betekenis en zuig die verborgen zoetheid eruit, die de Heere daarin heeft gedaan ten behoeve van uw geestelijke verfrissing.