Toen Spurgeon in het plaatsje Menton in Frankrijk gestorven was en het lichaam overgebracht was naar Londen, stonden er meer dan 100.000 mensen langs de straten om de passerende begrafenisstoet te kunnen zien. Elke winkel langs de route sloot de deuren uit respect voor Charles Haddon Spurgeon. Drie dagen lang werden er kerkdiensten gehouden in de Metropolitan Tabernakel. Een ooggetuige schreef: “Het was die Donderdag de 11de Februari een wonderlijk tafereel in de straten van Londen, het was een aanblik om nooit te vergeten. Men kon voor kilometers lang niets zien, dan alleen maar blote hoofden, gesloten ramen en tekenen van verdriet en rouw. Het was inderdaad een gedenkwaardige scène. Wat een Bijbelse les was het die de doodskist predikte tot zijn tienduizenden terwijl deze door hun midden ging! Alle klassen, alle geloofsbelijdenissen, alle partijen waren verenigd in rouw. De weeskinderen zongen hun laatste lied aan hun geliefde vader terwijl ze hem voor altijd uit hun zicht in het graf zagen verdwijnen”. Op die dinsdag passeerden meer dan 60.000 mensen de kerk waar zijn doodskist stond. Bij de laatste dienst op donderdag waren er bezoeken van bekende voorgangers uit andere kerkelijke groeperingen. Dit laat ons zien hoe breed Spurgeon gerespecteerd werd. De zegening werd uitgesproken door de predikant van Rochester. Spurgeon was zijn hele leven vatbaar voor depressiviteit, maar hij was niet bang voor de dood. Spurgeon predikte vaak over het sterven en sprak over de eeuwige hoop van de christen. Een van zijn zijn bemoedigende woorden waren deze: Het beste moment van het leven van een christen is zijn laatste, omdat dit het moment is dat hij het dichtst bij de hemel is. Het is geen verlies om te sterven, het is een blijvende, eeuwige winst.