De ware dienaar van Christus zal zich geroepen voelen om de hele waarheid te verkondigen, want dat is het, en dat alleen, dat in de nood waarin de mens zich bevindt kan voorzien. Wat een schade is er al aangericht door het verkondigen van een vervormd en verminkt Evangelie. Hoeveel zielen zijn al misleid door mensen die slechts één kant van de zaak verkondigden en niet de gehele raad van God! Mijn hart huilt als ik denk aan de vele gezinnen waar de antinomiaanse geloofsleer de dienst uitmaakt. Ik kan veel trieste verhalen vertellen van gezinnen, dood in hun zonden, van wie het geweten is dichtgeschroeid door het brandijzer van de dodelijke prediking waaronder ze zich bevinden. Ik heb goede overtuigingen verbrijzeld en verlangens gedoofd zien worden door het zielsvernietigende systeem dat de mens van zijn menselijkheid berooft en hem nog minder verantwoordelijk maakt dan een os. In de handen van de duivel kan er geen geschikter middel bedacht worden om zielen te vernietigen dan door een prediker die zondaars voorhoudt dat het niet hun plicht is om zich te bekeren van hun zonden of om in Christus te geloven. Predikanten die zichzelf arrogant genoeg een prediker of apologeet van het Evangelie durven te noemen. Hij leert dat God bepaalde mensen oneindig en onveranderlijk haat om geen andere reden dan dat Hij dat zo besloten heeft. Oh, broeders en zusters! Moge de Heere jullie behoeden voor de stem van de verleider en jullie altijd doof houden voor deze dwaalstemmen.
Een vertekend beeld van het Evangelie is ook een bedreiging voor christelijke gezinnen! Ik heb jonge gelovigen gekend, net bekeerd van hun zonden, die vreugdevol waren in hun prille christelijke leven en nederig hun God deelden. Maar het kwaad sloop naar binnen, vermomd in de mantel van de waarheid. De vinger van gedeeltelijke blindheid werd op hun ogen gelegd en ze konden slechts één leer onderscheiden. Zij zagen de uitverkiezing, maar niet de menselijk verantwoordelijkheid. De prediker die eerst geliefd was, werd nu gehaat, en degene die Gods Woord eerlijk verkondigde, werd als het grofste afval van allen beschouwd. En wat was het resultaat? Het tegenovergestelde van vriendelijkheid en liefde. Fanatisme nam de plaats in van liefde. Bitterheid overheerste het karakter waar voorheen een liefdevolle houding werd gevonden. Ik zou talloze voorbeelden kunnen geven van mensen die voortdurend en eenzijdig blootgesteld werden aan één bepaalde geloofsleer en daardoor buitensporig intolerant en verbitterd werden. En als een persoon eenmaal op dat punt is aangekomen, is hij maar al te bereid om de zonden te doen waartoe de duivel hem wil verleiden. Het is noodzakelijk dat het hele Evangelie gepredikt wordt, anders zullen zielen, zelfs die van christenen, beschadigd en verwond raken.
Ik heb vurige ijveraars gekend die met alles wat in hen was probeerden zielen voor Christus te winnen, totdat ze plotseling één bepaald leerstellig standpunt omarmden en niet langer de hele waarheid, waarna ze wegzonken in afgestompte onverschilligheid. Aan de andere kant zijn er teveel gelovigen geweest die in wetticisme vervielen door alleen de praktische kant van de waarheid te belichten en de leerstellige kant weg te laten. Ze spraken alsof ze redding moesten verdienen door hun werken en vergaten bijna de genade waardoor ze geroepen waren. Net als de Galaten raakten ze betoverd door wat ze hoorden. Degene die in Christus gelooft kan alleen zuiver, eenvoudig, heilig, genadig en gelijkvormig aan Christus zijn als de hele waarheid in Jezus wordt verkondigd. O mijn lezer, wat betreft de redding van zondaars kunnen we nooit verwachten dat God onze arbeid zegent, tenzij we het Evangelie in al zijn volheid verkondigen. Als ik slechts één deel van de waarheid neem en daarop aandring en al het andere uitsluit, kan ik nooit verwachten dat de zegen van mijn Meester erop rust. Als ik predik zoals Hij van mij vraagt, zal Hij het Woord zeker zegenen. Hij zal het nooit naar rond laten gaan zonder er Zijn persoonlijk en levende getuigenis aan te verbinden. Maar zodra predikers menen dat ze het Evangelie moet verbeteren, dat alles in elkaar moet passen, dat ze het moeten aankleden en mooier maken, Kun je er zeker van zijn dat mijn Meester vertrokken is en dat er “Ikabod” op de muren van de kerk geschreven staat. Hoevelen worden niet in de boeien gedreven omdat voorgangers de uitnodiging van het Evangelie negeren.