Over naar de hemel gaan

Ik heb weleens mensen horen zeggen dat ze niet naar de hemel willen als het daar alleen maar gaat om psalmen zingen en vrome gesprekken voeren. Maar het is nogal opmerkelijk om een uitnodiging af te slaan voordat die überhaupt is gedaan. De Bijbel roept iedereen op tot heiligheid, maar nergens staat dat mensen tegen hun wil de hemel worden binnengedwongen. Pas wanneer iemand Gods genade aanneemt, wordt hij uitgenodigd tot de heerlijkheid. Toch hoor je soms mensen het hemelse erfdeel afwijzen. Zo vertelt Thomas Brooks over een zieke vrouw uit Sussex. Een buurvrouw probeerde haar op te beuren door te zeggen dat ze na haar dood bij God, Jezus, de heiligen en de engelen zou zijn. De vrouw antwoordde eenvoudig: ‘Ach, mevrouw, ik heb daar geen familie, geen enkele bekende. Ik blijf liever hier bij u en de buren dan te leven onder vreemden.’ Waarschijnlijk zouden velen, als ze eerlijk waren, iets soortgelijks zeggen.

Onlangs zei iemand tegen mij: ‘Het lijkt me vreselijk om te sterven en naar een onbekende plek te gaan!’ Ik antwoordde: ‘Voor een christen is dat niet zo; hij weet waar hij naartoe gaat.’ ‘Maar zelfs voor een christen blijft het onbekend,’ hield ze vol. Ze was verbaasd toen ik uitlegde dat sterven voor een gelovige juist thuiskomen is: bij onze Vader, onze oudste Broeder, onze Echtgenoot, onze vrienden, en op de plek waar ons leven al is. Wie met God leeft, begrijpt dat; voor anderen blijft het hemelse land even onbekend als Afrika dat ooit was. Er is een verhaal over een boer op zijn sterfbed. De pastoor schilderde hem de hemel voor als een prachtig land met paarlen poorten en straten van goud. De boer zei: ‘Dank u, meneer, het klinkt mooi, maar ik blijf bij het oude Engeland! Het oude Engeland voor mij!’ Misschien had hij liever een Engelse versie van het paradijs, met roast beef en bier. Hij was niet de enige Brit die zo dacht.

Sommigen zoeken hun beeld van de hemel in fantasie. Een schrijfster beschreef haar droom over het hemelse land: gras zachter dan dons, bladeren lichter dan sneeuw, het geluid van stromend water en zingende vogels, een diepe rust en verfrissing na een denkbeeldige regenbui, en een geur die nergens op aarde te vinden is. Ze ontdekte dat zelfs in dromen geen nieuwe geur kan worden bedacht, maar de ervaring was uniek en vol geluk. Het is duidelijk dat veel mensen niet voorbereid zijn om voor altijd bij God te zijn, omdat ze zich er nauwelijks iets bij kunnen voorstellen. Omdat het oog niet ziet en het oor niet hoort wat God heeft bereid voor wie Hem liefhebben, denken zij dat niets van de hemel gekend kan worden. Maar voor wie door Gods Geest geleid worden, is de hemel al deels werkelijkheid: het leven met God is begonnen, het Licht schijnt al, de gemeenschap wordt al ervaren, en de vreugde is al geproefd. Voor een gelovige past de hemel als een slot bij een sleutel; uit het karakter van de gelovige kun je iets afleiden van de heerlijkheid die hem wacht.

Ik zat eens bij iemand die begreep dat de toekomst verbonden is met het heden. Ze zei: ‘Meneer, ik denk dat ik mag deelnemen aan de heilige eredienst van God, want dat was altijd mijn vreugde. Ik denk niet dat ik bij de goddelozen zal zijn, want hun gezelschap vermoeide me altijd. Ik hoop dat ik met Gods volk mag zijn, want dat was mijn grootste vreugde.’ Ik was het met haar eens. Wie in dit leven God ontwijkt, zal in de toekomst die weg voortzetten, want de Rechter zal zeggen: ‘Ga weg van Mij.’ Maar wie tot de Heere is gekomen, zal verdergaan op die weg, want hun Heere zal zeggen: ‘Komt, gij gezegenden.’

C.H. Spurgeon Door Charles Haddon Spurgeon

Zoek In Archief

Selecteer een zoekfilter

Steun ons met een donatie

Geachte bezoeker, mede dankzij uw hulp kunnen wij de kwaliteit en toegankelijkheid van Het Spurgeon Archief voortzetten.

Contact

C.H. Spurgeon

Charles Haddon Spurgeon

1834 – 1892 Was een Engelse baptistenpredikant in de puriteinse traditie. Belangrijke onderwerpen uit zijn prediking waren de vergeving van zonden en de noodzaak van wedergeboorte.