Maar de vrucht des Geestes is liefde. Galaten 5:22
De vrucht des Geestes is liefde.’ Het is de eerste, omdat zij in bepaalde opzichten de beste is. De eerste omdat zij de weg wijst. De eerste omdat zij de drijfveer wordt van elke andere genadegave en deugd, en die stimuleert. We kunnen ons niets indenken wat krachtiger is en meer zegen brengt – en daarom is zij de eerste. Maar kijk eens wat haar op de voet volgt! Twee stralende hofdames, die een koningin volgen. ‘Maar de vrucht des Geestes is liefde, blijdschap, vrede.’ Wie liefde heeft, heeft ook blijdschap en vrede. Wie God liefheeft, lijkt op God, Die de God der liefde is. Waarlijk, de zachtmoedigen en zij die liefhebben zullen de aarde beërven en zich in een overvloed van vreugde verblijden. Hij wiens ziel vol is van liefde, is kalm en rustig. In zijn schip staat de Heere aan het roer, en Hij zegt tegen de winden en de golven: ‘Zwijg, wees stil!’ Wie een en al liefde is — ook al moet hij misschien veel lijden – zal het toch allemaal voor vreugde achten wanneer hij in velerlei verzoekingen valt. Kijk eens wat een kostbaar kleinood het is dat in zo vele briljanten is gevat! De uitnemendheid van de liefde is dat zij de hele wet vervult; dat kunnen we niet van een willekeurige andere deugd zeggen. Toch is zij in het vervullen van de wet niet wettisch. Niemand heeft ooit liefgehad omdat het hem werd bevolen. Een goed mens heeft lief omdat het zijn aard is. De liefde is vrij, zij ademt waar het haar goeddunkt, zoals de Geest van Wie zij komt. Zeker, de liefde is het wezen van de vrijheid van het hart. Zij verdient terecht eer, want terwijl zij een ware genadegave van het Evangelie is, vervult zij toch de gehele wet.