Verheug u zeer, gij dochter Sions, juich, gij dochter Jeruzalems! Zie, uw Korting zal u komen, rechtvaardig, en Hij is een Heiland; arm, en rijdende op een ezel, en op een veulen, een jong der ezelinnen. Zacharia 9:9
Wanneer God wil dat Zijn volk zich in het bijzonder zal verheugen, is dat altijd een zich-verheugen in Hem. Als er geschreven staat: ‘Verheug u zeer’, is de reden: ‘Zie, uw Koning zal u komen!’ Die vreugde komt heel sterk op uit het feit dat Hij de onze is. ‘Verheug u zeer, gij dochter Sions … Zie, uw Koning zal u komen.’ Hij komt om u te verlossen, om u eer aan te doen, uw vreugde volkomen te maken. Hij oefent gemeenschap met u, Hij maakt uw huis tot Zijn paleis, uw liefde tot Zijn troost en uw aard tot Zijn thuis. Hij Die uw Koning is door erfrecht, doordat Hij u verkoor en verloste, en doordat u Hem gewillig hebt verkoren – Hij komt tot u. Juich daarom van vreugde! De tekst laat verder zien waarom de Heere, onze Koning, zo’n bron van vreugde is: Hij is ‘rechtvaardig, en Hij is een Heiland.’ Rechtvaardigheid en genade worden in Hem tot één. Gerechtigheid jegens de goddelozen, en gunst jegens Zijn gelovigen. Hij heeft het weerbarstige probleem: hoe kan God rechtvaardig zijn en toch het verdorvene behouden? opgeruimd. Hij moet met hosanna’s worden verwelkomd, want waar Hij komt, brengt Hij de overwinning, en als consequentie, de zaligheid met Zich mee. Hij verslaat de vijanden van Zijn volk, verbrijzelt de kop van de slang en neemt hun gevangenis gevangen. We prijzen de gerechtigheid die Zijn regering kenmerkt, en de zaligheid die met Zijn heerschappij gepaard gaat – en in beide opzichten roepen we uit: ‘Gezegend is Hij Die komt in de Naam des Heeren.’