Mijn woord heeft in u geen plaats. Joh. 8:37
Waar het Woord van Jezus terstond behoort te worden ontvangen, wordt het dikwijls verworpen. Deze Joden waren het zaad van Abraham; maar het geloof van Abraham hadden zij niet.
Jezus weet, waar zijn Woord wordt ontvangen en waar het geen plaats heeft.
Hij verklaart, dat al het overige van geen nut is. Het was tevergeefs, dat zij tot het bevoorrecht geslacht behoorden, zo zij het Woord des Heeren niet ontvingen in hun hart.
Het praktisch gevolg hiervan komt uit in hun leven: zij zochten Jezus te doden.
Laat ons met ernst en oprechtheid nagaan-
I. Welke plaats het woord in het hart van de mensen hoort te hebben.
Het Woord komt van Jezus, de bestemde Bode Gods. Het is waar, het is van groot gewicht, zaligmakend, en daarom moet het een plaats hebben bij hen, die het horen. Het behoort te verkrijgen en te behouden
1. Een inwendige plaats: in de gedachten, de herinnering, het geweten, de genegenheden. “Ik heb uw rede in mijn hart verborgen,” (Ps. 119:11); zie ook (Jer. 15:16); (Col. 3:16).
2. Een ereplaats. Er behoort aandacht, eerbied, geloof en gehoorzaamheid aan te worden geschonken. (Joh. 8:47) (Luk. 6:46) (Matt. 7:24, 25).
3. Een plaats van vertrouwen. Wij behoren voor alle dingen te steunen op het vaste woord van de belofte, daar God noch liegen, noch dwalen, noch veranderen kan. (Jes. 7:9); (1 Sam. 15:29); (Tit. 1:2).
4. Een plaats van de heerschappij. Het Woord van Jezus is voor de Christen wet.
5. Een plaats van de liefde. Het behoort meer gewaardeerd te worden dan ons dagelijks eten en wij moeten het verdedigen met ons leven.(Job 23:12) (Jud. 3).
6. Een blijvende plaats. Het moet zo’n verandering in ons teweegbrengen, dat het in ons blijft.
II. Waarom het in veel mensen geen plaats heeft.
Zo iemand onbekeerd is, laat ons hem helpen aan een reden, die op hem toegepast kan worden.
1. Gij hebt het te druk en daarom kunt gij het niet tot u toelaten. Er is in de herberg uws levens voor Jezus geen plaats. Denk hier eens aan: -“Gij hebt het te druk om verlost en zalig te worden!”
2. Het meldt zich niet aan als iets nieuws en daarom verwerpt gij het.
Glij zijt die oude, oude geschiedenis moe. Zijt gij brood moe? Of de lucht? of water? of het leven?
3. Iemand anders neemt de plaats in, die het Woord van Jezus behoorde te hebben? Gij geeft de voorkeur aan het woord des mensen, aan bijgeloof, aan twijfelzucht. Is dit een verstandige voorkeur?
4. Gij vindt Christus’ woord te heilig, te geestelijk. Dit behoorde u te verschrikken, want het veroordeelt u.
5. Het is voor u slechts een koude vertroosting, en daarom geeft gij het geen plaats. Dit toont, dat uw natuur verdorven is, want de heiligen verblijden er zich in.
6. Gij zijt te verstandig, te beschaafd, te voornaam om u onder Jezus’ heerschappij te stellen. (Joh. 5:44 (Rom. 1:22).
7. Is de reden, waarom u het Woord verwerpt een van de volgende? Dat het u geen ernst is? Dat u de zonde lief hebt? Dat u belust zijt op boos gewin? Dat u verandering van het hart behoeft?
III. Wat zal er het gevolg van wezen, dat het Woord van Christus geen plaats in u heeft?
1. Iedere verwerping van het Woord in het verleden heeft u in zonde gewikkeld.
2. Het Woord kan ophouden van een plaats te vragen in u.
3. Gij zult verhard kunnen worden, zodat gij zelfs weigert om dat Woord met uw uitwendig oor te horen.
4. Gij zou evenals deze Joden van, dat Woord de heftige tegenstander kunnen worden.
5. Het Woord zal u op de laatste grote dag veroordelen. (Joh. 12:48).
Laat ons daarom voor een ogenblik met u spreken.
Waarom geeft gij er geen plaats aan?
Alles, wat van u gevraagd wordt, is, het een plaats te geven. Het zal alles met zich brengen, wat gij behoeft.. Doe uw deur wijd open en nodig het binnen te treden.
Het is het Woord van Jezus, de Zaligmaker. Het bedoelt uw hoogste welzijn en het zal u grotelijks zegenen. De lezers van onze verlichten, Goud-baar-tijd, kunnen zich geen denkbeeld vormen van de gezindheid van de edeler geesten van die eeuw. Verbum Dei manet in Aeternum (1) was het opschrift, het levensmotto, dat Johan de Standvastige had aangenomen. De letters V. D. M. I. Æ. waren gegraveerd op al zijn huisraad, zijn standaard, zijn schilderijen, zijn zilver, tot zelfs op de mouwen van zijn lakeien en ik kan mij voorstellen, dat het in de eerste plaats in zijn eigen groot hart was gegraveerd.
THOMAS CARLYLE.
De enige reden, waarom zo velen tegen de Bijbel zijn, is dat zij weten, dat de Bijbel tegen hen is.
G. S. BOWES.
De Bijbel is eeuwen lang door de haat van Godloochenaars en priesters gebannen uit de woningen van vele Europeese volken. Het natuurlijk gevolg was, dat de huiselijke deugden kwijnden, de huwelijks-betrekkingen in minachting werden gebracht. Bedrog en kuiperij hebben de plaats ingenomen van onderling vertrouwen en de maatschappij word ziek, door en door ziek. Het beste, wat wij kunnen doen-het enige dat afdoend zal helpen-om dit kwaad tot staan te brengen, is het Woord van God terug te geven aan deze volkeren, wederom een plaats te geven in hun huizen aan die Bijbel, waarvan zij beroofd waren. Doet slechts voor Frankrijk en Italië, voor België en Spanje, voor Portugal en Oostenrijk, wat beproefd en grotelijks ook werkelijk gedaan werd voor ons land: plaats een Bijbel in ieder gezin en er zal een machtiger ommekeer in Europa plaats hebben, dan door de diplomatie van al zijn staatslieden, of de revoluties van al zijn patriotten kan gewerkt worden.
THE LEISURE HOUR.
(1) Het Woord van God blijft in van de eeuwigheid.