Alzo brachten zij een kwaad gerucht voort van het land dat zij verspied hadden aan de kinderen Israëls, zeggende: Dat land door hetwelk wij doorgegaan zijn om het te verspieden, is een land dat zijn inwoners verteert; en al het volk dat wij in het midden van hetzelve gezien hebben, zijn mannen van grote lengte.’ Numeri 13:32 en 14:6 en 7 Verder lezen: Romeinen 2:17-24
leder onbedachtzaam woord dat je gebruikt, iedere tegenstrijdige daad, legt een smet op Christus. Je weet dat de wereld geen gebreken in u opmerkt, zij schrijven ze alle toe aan jouw Meester. Als je morgen een misstap maakt, zullen ze niet zeggen: ‘Dat is de menselijke natuur van Jan Jansen’, ze zullen zeggen: ‘Dat is de godsdienst van Jan Jansen.’ Ze weten wel beter, maar het staat vast dat ze het zeggen. Het staat vast dat ze Christus de schuld geven van alle ongerechtigheden. Welnu, als je de schuld zelf zou kunnen dragen, zou je dat dapper kunnen doen; maar sta niet toe dat Christus de schande draagt. Sta niet toe dat Zijn goede naam wordt aangetast. Sta niet toe dat Zijn banier in het stof wordt vertrapt. Dan is er nog een ander punt van overweging. Je moet erop letten dat als je iets verkeerds doet, de wereld het zeker zal opmerken. De wereld draagt twee zakken: in de achterste zak doen ze al de deugden van een christen, in de voorste doen ze al onze misdaden en zonden. Ze denken er nooit aan naar de deugden van heilige mensen te kijken. Al de moed van de martelaren, al de getrouwheid van belijders en al de heiligheid van de heiligen betekent niets voor hen. Onze ongerechtigheden zijn echter steeds voor hun ogen. Bedenk alstublieft dat waar je ook bent als christen, de ogen van de wereld op jou geslagen zijn. De argusogen van een verkeerd geslacht volgen je overal. Al kan een kerk ook blind zijn, de wereld is het niet. Het is een gangbaar gezegde: ‘Zo vast in slaap als een kerk’, en het is heel juist, want de meeste kerken zijn vast in slaap. Het zou echter een grote leugen zijn als iemand zei: ‘Zo vast in slaap als de wereld’, want de wereld slaapt nooit. Slapen laat men over aan de kerk. En bedenk ook dat de wereld altijd een vergrootglas draagt om naar de fouten van christenen te kijken.
Ter overdenking
Net als die van Maria kunnen onze ziel en onze woorden de Heere grootmaken (Luk. 1:46), maar biedt enig gebied van ons leven de ongelovige wereld ruimte om in plaats daarvan onze zonden breed uit te meten?