Men zegt dat Rowland Hill op een keer moest overnachten in een dorp waar er geen ander huis was om zijn intrek te nemen dan een herberg en omdat hij een paar paarden had om te voeren en de beste kamer nam werd hij beschouwd als een waardevolle gast. De waard kwam binnen en zei: ’’Blij u te zien, meneer Hill.” ”Ik blijf hier overnachten,” was het antwoord. ’’Staat u mij toe dat wij hier vanavond gezamenlijk bidden?” ’’Zoiets hebben we hier nog nooit gehad,” zei de herbergier, ”en nu wil ik het ook niet hebben.” ’’Goed, breng mijn paarden dan maar, ik kan niet blijven in een huis waar men niet tot God wil bidden. Breng de paarden naar buiten.” Omdat hij zo’n goede gast niet wil kwijtraken bedenkt de man zich en belooft dat er gebeden mag worden. ’’Maar”, zei Hill, ”het is niet mijn gewoonte om een godsdienstoefening te leiden in het huis van een ander.
U moet hem zelf leiden.” De man zei dat hij niet kon bidden. ’’Maar u móet het doen,” zei Rowland Hill. ’’O, maar ik heb nog nooit gebeden.” ”Dan, beste man, gaat u er vanavond mee beginnen,” was het antwoord. Toen het dan tijd was en het gezin op de knieën lag, zei Rowland Hill: ’’Ieder mens bidt in zijn eigen huis, u moet vanavond voorgaan in gebed.” ”lk kan niet bidden, écht niet,” zei de herbergier. ”Wat? U hebt zoveel weldaden ontvangen vandaag en bent u nu zo ondankbaar dat u God er niet voor kunt danken? En daarbij, wat een goddeloze zondaar bent u geweest! Kunt u God niet vertellen wat een zondaar u geweest bent en om vergeving vragen?” De man begon te huilen, ”ik kan niet bidden, meneer Hill, ik kan het echt niet”. ’’Vertel het de Heere dat u het niet kunt, man, vertel Hem dat u niet kunt bidden,” zei Hill, ”en vraag Hem u te helpen.” De arme herbergier viel op de knieën.
’’O Heere, ik kan niet bidden, ik zou willen dat ik het kon.” ”Ah! u bent begonnen te bidden,” zei Rowland Hill, ”u bent begonnen te bidden en u zult nooit meer ophouden. Zodra God u er toe gebracht heeft om te bidden, hoe zwak het ook is, u zult er nooit mee ophouden. Nu zal ik voor u bidden.” En zo deed hij en niet lang daarna, door die vreemde bemiddeling, behaagde het de Heere het hart van de herbergier te breken en hem tot Christus te brengen. Als iemand van u dan niet kan bidden, vertel de Heere dat u het niet kunt. Vraag Hem u te helpen om te bidden, vraag Hem u te laten zien dat u redding nodig hebt. Christus zal de bedoeling begrijpen. Hij zal uw gebed met Zijn eigen bloed bedekken en de Vader zal de Heilige Geest tot u zenden om u meer geloof en meer vertrouwen in Christus te geven.