Ik denk aan u. Jeremia 2:2
Denk eraan dat Christus met vreugde aan Zijn gemeente denkt en vol bewondering naar haar schoonheid kijkt. Net zoals een vogel steeds terugkeert naar zijn nest en een reiziger haastig naar huis terugkeert, zo richt ook de Geest zich voortdurend op degene van wie Hij houdt. We kunnen niet vaak genoeg naar het gezicht zien van degene van wie we houden; we willen onze kostbaarste dingen steeds dichtbij ons hebben. Zo is het ook met onze Heere Jezus. Vanaf het begin der tijden was Zijn vreugde bij de mensenkinderen (zie: Spr. 8:31). Zijn gedachten gingen al vooruit naar het moment dat Zijn uitverkorenen geboren zouden worden. Hij zag hen in de spiegel van Zijn voorkennis. In Psalm 139:16 staat: “Uw ogen hebben mijn ongevormd begin gezien en zij alle werden in Uw boek beschreven, de dagen dat zij gevormd werden, toen er nog niet één van hen bestond.” Toen de wereld op haar fundamenten werd gezet, was Hij erbij en bepaalde Hij de grenzen van de volken, precies afgestemd op het aantal kinderen van Israël. Zoals de borstlap met de namen van de stammen van Israël het mooiste sieraad was dat de hogepriester droeg, zo zijn de namen van Christus’ uitverkorenen Zijn kostbaarste juwelen, die op Zijn hart schitteren. Misschien vergeet je soms stil te staan bij de volmaaktheid van je Heere, maar Hij vergeet jou nooit. Berisp jezelf om je vroegere vergeetachtigheid en bid om genade, opdat je Hem voortdurend en met liefdevolle toewijding mag gedenken. Heere, druk het beeld van Uw Zoon op het netvlies van mijn ziel.