Arme zondaar, houd moed, bedenk dat God weet, wanneer wij het niet weten, waar je bent. Als je in de diepste kuil van het woud bent, kan Zijn almachtig oog tot op de bodem zien. Ja, en in een van de gunstige ogenblikken van het heil – die gelukkige tijd – zal Hij een belofte zenden, zo zoet, dat al je boeien in een oogwenk verbroken zullen worden – je nacht zal verdreven worden – je dageraad zal beginnen; en Hij zal je de vreugdeolie geven voor de rouw en het lofgewaad voor de bedroefde geest. Geloof, en je zult nu getroost worden, want de tijd des geloofs is de tijd der vertroosting.