Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
En als Hij heenging. Lukas 8:42
Jezus gaat door de schare heen naar het huis van Jaïrus om de gestorven dochter van de overste op te wekken; doch Hij is zo overvloedig in het weldoen, dat Hij onderweg nog een ander wonder verricht. Terwijl deze Aaron’s staf de bloesems draagt van een onverricht wonder, biedt hij de rijpe vruchten aan van een volledig werk van de genade. Voor ons is het genoeg, wanneer wij enig voornemen hebben, het rechtstreeks te volvoeren; het zou onvoorzichtig zijn, onze krachten langs de weg te verspillen. Ons heenspoedende tot redding van een wegzinkende vriend, kunnen wij onze krachten niet aanwenden tot behoud van een ander, in hetzelfde gevaar verkerende. Het is voldoende, dat een boom zijn eigen soort van vruchten geeft, en dat een man zijn bijzondere roeping vervult. Maar onze Meester kent geen grens aan zijn macht, noch beperking aan zijn zending. Hij is zo mild in genade, dat zijn weg, evenals die van de zon in haar aswenteling, schittert van liefdegloed. Hij is een snelle pijl van de liefde, welke niet alleen doel treft, maar nog de lucht, welke zij doorvliegt, met welriekende geuren vervult. Genezende kracht gaat nog altijd van Jezus uit, evenals liefelijke geuren van de bloemen uitgaan; en die zullen uit Hem blijven vloeien, gelijk water uit een springende fontein. Welk een heerlijke aanmoediging biedt deze waarheid ons aan! Daar onze Heiland zo bereid is om de zieken te genezen en de behoeftige te helpen, wees dan gij, mijn ziel, niet traag om u in zijn weg te stellen, opdat Hij zijn vriendelijk aanschijn over u late lichten. Wees niet karig in het vragen, waar Hij zo rijk is in het geven. Geef ernstig acht op zijn Woord, nu en ten allen tijde, opdat Jezus door dat Woord tot uw hart moge spreken. Waar Hij te vinden is, wend u daarheen, opdat gij zijn zegen mag verkrijgen. Als Hij klaarstaat om te genezen, zou Hij dan u niet helpen? En zeker is Hij nu tegenwoordig, want Hij komt altijd tot die harten, die behoefte aan Hem hebben. Hebt gij geen behoefte aan Hem? O, Hij weet hoeveel! Gij! zoon van David, wend Uw ogen en zie op de ellende, die voor U staat, en maak Uw smekeling gezond.