En hebt geen gemeenschap met de onvruchtbare werken van de duisternis, maar bestrijdt ze ook veeleer. Ef. 5:11
Aanwijzingen hoe te leven, terwijl wij nog hier beneden zijn, zijn hoog nodig.
Wij komen voortdurend in aanraking met ongodvruchtige mensen; dit is onvermijdelijk; maar hier wordt ons geleerd om zodanige gemeenschap met hen te vermijden, als waardoor wij mede deel hebben aan hun boze daden.
Als ter loops wordt melding gemaakt van drie waarheden boze werken zijn onvruchthaar, het zijn werken van de duisternis en zij verdienen bestraft te worden.
Wij moeten er geen gemeenschap mede hebben, op geen tijd, op generlei wijze, in generlei mate.
I. Wat is verboden? “Gemeenschap met de werken van de duisternis.”
Deze gemeenschap kan op velerlei wijze worden teweeggebracht.
1. Door persoonlijk de zonden te bedrijven, die aldus worden aangeduid, of door ons te voegen bij anderen, die ze plegen.
2. Door verkeerde handelingen te leren, hetzij door het duidelijk uitgesproken woord, of door hetgeen er met recht uit onze woorden kan worden afgeleid.
3. Door drang, bevel, of verzoeking: door dreigement, aanzoek, overreding, verleiding, dwang, omkoping of invloed.
4. Door terging, door toorn op te wekken, nastreving of ontmoediging.
5. Door nalating van bestraffing: in het bijzonder als ouders of gezinshoofden misbruik maken van hun ambt en een bekend kwaad in hun gezin toelaten.
6. Door raadgeving, of door voorbeeld.
7. Door instemmen en meewerking. Door een vriendelijk glimlachen bij de poging tot kwaaddoen en ten laatste in de roof te delen. Hiertoe behoren zij, die zich aansluiten bij kerken, waarin dwaling gehuldigd wordt.
8. Door het oogluikend toelaten van de zonde, haar te dulden, te bedekken en haar als licht of onbeduidend voor te stellen.
9. Door het kwaad, dat reeds geschied is, goed te keuren, in bescherming te nemen, te verdedigen en te verontschuldigen en door te strijden tegen hen, die het willen ontdekken en straffen.
II. Wat is geboden? “Bestraf ze.”
“Bestraffen.” In het oorspronkelijke is dit een woord van zeer ruime betekenis.
1. Bestraf. Duidt het boze aan, van de werken van de duisternis en toon er uw haat en afkeer van.
2. Overtuig. Gelijk de Heilige Geest de wereld overtuigt van zonde, zo moet gij er naar streven om door uw heilige wandel en uw vrijmoedig getuigenis de wereld van schuld te overtuigen.
3. Bekeer. Dit is het doel, dat gij immer voor ogen moet hebben voor hen, die u omringen.
Gij moet op zo’n wijze bestraffen, dat gij de mensen van hun boze wegen afbrengt.
Ach, dat wij meer eerlijke en liefderijke bestraffing onder ons hadden van al wat boos is.
III. Waarom het mij geboden is.
Het is in het bijzonder mijn plicht om rein te wezen van andere zonden:
1. Als navolger Gods en geliefd kind. (Ef. 5:1)
2. Als erfgenaam van het koninkrijk van God. (Ef. 5:5, 6)
3. Als overgegaan zijnde van de duisternis in het wonderbaar licht van de Heere. (Ef. 5:8)
4. Als vrucht dragende en wel de vrucht van de Geest, welke is in alle goedigheid, rechtvaardigheid en waarheid. (Ef. 5:9)
5. Als niet vergezeld willen wezen met hetgeen schandelijk of dwaas is. (Ef. 5:12, 15)
Indien wij gemeenschap hebben met God, dan moeten wij de wegen van de duisternis verlaten.
IV. Wat het gevolg zal zijn van gehoorzaamheid aan het gebod.
Al zouden wij er ook geen goed resultaat van zien, dan zou toch onze plicht duidelijk genoeg wezen; maar er kan werkelijk veel goeds uit voortkomen.
1. Wij zullen rein wezen van alle medeplichtigheid aan de werken van de duisternis.
2. Wij zullen geëerd worden in het geweten van de ongodvruchtigen.
3. Wij kunnen hen tot bekering brengen en tot het eeuwige leven.
4. Wij zullen God verheerlijken door onze wandel en door onze volharding.
5. Wij kunnen anderen bevestigen in heilige ongelijkvormigheid aan de wereld.
Laat ons de tekst gebruiken als een waarschuwing aan wereldsgezinde belijders. Laat ons de tekst als richtsnoer aannemen voor onze omgang met de ongodvruchtigen. Bestraffing moet altijd geschieden in liefde: was nooit iemand het aangezicht met vitriool. Sommige lieden zouden een huis verbranden om een muis kwijt te raken: de kleinste fout wordt als een grote misdaad voorgesteld; een broeder wordt afgesneden van de gemeenschap, er wordt kwaad zaad gestrooid, waar een zachte wenk het doel veel eerder zou bereikt hebben.
C. H. S.