Waarom zucht u, gelovige? Waarom rouwt u en ligt u op uw mesthopen zodat de honden van de hel uw zweren likken? Kom, erfgenaam van de hemel, wikkel uzelf in uw scharlaken en fijn linnen! Leef volgens uw deel, voed uzelf met het feestmaal. Alle dingen zijn van u, haal uw harp uit de wilgen en leg die zak en dat as terzijde. Trek de prachtige kleding van dankbaarheid aan en zing het lied van dankbetuiging aan de Herder die beloofd heeft dat u niets tekort zal komen. Zijn wil zal de wensen van uw hart vervullen, totdat het als een beker overloopt.
Psalm 33:1
Zingt vrolijk, heft de stem naar boven,
Rechtvaardigen, verheft den HEER.
Het past oprechten, God te loven;
Zingt Zijnen groten naam ter eer.
Prijst Hem in uw psalmen,
Met de schoonste galmen;
Roept Zijn weldaan uit;
Laat de keel zich paren
Met den klank der snaren;
Looft Hem met de luit.