… doet dat tot Mijn gedachtenis. 1 Korinthe 11:24
Doet dat tot Mijn gedachtenis.’ Hieruit leren we dat alleen zij die Hem kennen, aan Zijn tafel mogen komen, want hoe zullen we ‘gedenken’ wat we helemaal niet hebben gekend? En hoe zullen we Hem gedenken met Wie we nooit hebben gesproken, en in Wie we nooit hebben geloofd? U mag niet aan het Avondmaal des Heeren komen om het geloof te ontvangen. U moet eerst het geloof hebben, anders hebt u geen recht om tot deze heilige plaats te naderen. Wat doet u er? Als u denkt dat dit een inzetting is de zalig maakt, moet ik u zeggen wat Christus tegen de Sadduceeën zei: Gij dwaalt. Gij weet de Schriften niet. De zaligheid komt tot ons door het geloof in onze Heere Jezus Christus, en is het uitvloeisel van de krachtdadige werking van Gods Geest in ons. Het Avondmaal is een zeer leerrijke inzetting voor hen die behouden zijn; maar zij die niet wedergeboren zijn, en niet door genade leden zijn van Gods huisgezin, hebben hier geen recht. Zij die het pascha aten, waren mensen die als het ware in het huis van de priester geboren waren, of gekocht met het geld van de priester. Als u in Christus’ huis bent geboren, of gekocht bent met Christus’ bloed, als u door een gezegende bevinding de zin van wedergeboorte en verlossing begrijpt, dan mag u aan de avondmaalstafel komen. Maar als dat niet zo is – dan is, zoals het pascha alleen voor Israël was bedoeld, dit Avondmaal een familiefeest voor hen die Jezus Christus toebehoren, en mogen anderen er niet komen. Als ze dat wel doen, is dat op het gevaar af dat ze onwaardig eten en drinken, omdat ze het lichaam des Heeren niet kunnen onderscheiden.