En die Man zal zijn … als de schaduw van een zware rotssteen in een dorstig land. Jesaja 32:2
Jezus is als een rots, want Zijn schaduw is er altijd, evenals Hijzelf. Waar de zon en de rots zijn, is ook zeker schaduw. Wanneer God de felle stralen van Zijn toorn doet neerkomen op de zondaar, moet die zondaar tot Christus vluchten — en hij zal een schuilplaats vinden tegen deze toorn. Als ooit uw geweten u benauwt en het u aan uw schuld herinnert, wees er dan zeker van dat Christus Zijn kracht om het geweten tot rust te brengen en uw vrees te doen bedaren niet verloren heeft. Soms vreest een zondaar dat het voor hem te laat is om vrede te vinden in Christus, misschien ook denkt hij dat het te vroeg is, of dat hij zijn dag van de genade heeft verzondigd. Ach, arme ziel, al die ingevingen zijn leugens van de satan! Als u er werkelijk naar verlangt dat de liefde van Christus in uw hart wordt uitgestort, is dat er een bewijs van dat Christus’ liefde reeds naar u uitgaat. Als op dit moment het felle zonlicht van Gods toorn uw hoofd treft, mag u komen en een schuilplaats vinden in de machtige rots van Christus’ verzoenende offer. Als u op Jezus wilt vertrouwen, zult u de vrede krijgen die alleen Hij kan geven, de vrede die alle verstand te boven gaat. De vrijgekochten zijn nog niet allen behouden, sommigen moeten nog worden toegebracht. Daarom heeft Christus’ bloed zijn kracht nog niet verloren om van de zonde te reinigen – en Christus werpt als de Rots Zijn welkome schaduw over allen die tot Hem komen om zo verkwikking te vinden.