Zie daarginds iemand met een hamer in zijn hand – hij raakt de koppen van de spijkers op een zachtzinnige wijze aan, alsof hij bang is om ze pijn te doen. Maar kijk naar die andere, hoe hartelijk hij de spijkers in het hout slaat, hij geeft ze een nieuwe slag om zeker te zijn dat ze vastzitten. Veel mensen spelen op het werk, maar de serieuze mens werkt ijverig en doet het met hart en ziel. Het is vreselijk om sommige mensen in hun gewone bezigheid te zien. Ik kan het geen arbeid noemen, een druppel van hun transpiratie moet een zeer kostbare zaak zijn, zo zeldzaam als een parel. Maar anderen gooien hun ziel in alles wat ze moeten doen en slaan niet alleen terwijl het ijzer heet is, maar maken het ijzer heet door het te slaan. Ze wachten niet op kansen, maar accepteren de huidige gebeurtenis als een kans. Ze werken met beide handen en laten het aambeeld door hun stevige slagen weerklinken als muziek. Zo is het ook met de dienst van God, we zijn verplicht om ons werk met de grootst mogelijke kracht te vervullen. Als het werk van de Heere het waard is om voor te werken, is het zeker ook de moeite waard het goed te doen; en omdat de dienst aan Christus het belangrijkste is waar eenieder zich mee bezig moet houden, moet de Meester gediend worden met lichaam, ziel en geest.