En ik zag een nieuwen hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste aarde was voorbijgegaan, en de zee was niet meer. Openbaringen 21:1
Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken zou.” (1 Johannes 3:8 SV). Wat een vreselijk werk heeft de duivel al gedaan in de wereld! Zie hoe de hof van Eden verdord en verwoest is en in een woestijn is veranderd. Zie hoe de vruchtbare aarde doornen en distels voortbrengt; en zie hoe de mens, die naar het beeld van God is gemaakt, verlaagd wordt tot de positie van een zwoegende zondaar, die zijn brood verdient door het zweet van zijn gezicht. Zie oorlog en hongersnood en pest en allerlei kwaad en weeën dik verspreid over de hele aarde, en vergeet niet dat dit alles het gevolg is van die ene ongehoorzaamheid waarin de mens door de verleiding van de boze werd geleid. Maar de boze heeft weinig ruimte om te roemen in het onheil dat hij heeft aangericht, want Christus is gekomen om het ongedaan te maken. In de persoon van de tweede Adam, de Heere uit de hemel, wordt de mens verheven van alle zonde waarin hij door de eerste Adam is gevallen; en wat betreft deze arme wereld zelf, die door de zonde wordt geteisterd zoals zij nu is, zij lijdt in afwachting van de nieuwe geboorte die nog komt, en de dag zal nog aanbreken wanneer de nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen bewijzen hoe volledig Christus de vloek heeft opgeheven en de aarde heeft doen geuren met zegen. Daarom haat satan de aanwezigheid van Christus, omdat Christus zijn boze werk zal vernietigen en daarom vreest hij dat Christus bij hem in de buurt zal komen.