Bijbels Dagboek, C.H. Spurgeon
“Voor Iedere Avond”
Leid mij in Uw waarheid en leer mij, want Gij zijt de God mijns heils, U verwacht ik de ganse dag. Psalm 25:5
Wanneer de gelovige begonnen is met wankelende schreden in de weg van de Heere te gaan, dan vraagt hij, er nog op voorgeleid te mogen worden, gelijk een klein kind, dat staande gehouden wordt door de helpende hand van de ouders, en hij bidt verder onderwezen te worden in de waarheden des heils. Onderwezen te worden door ondervinding is de grote bedoeling van dit gebed. David wist veel, maar hij voelde zijn onwetendheid en wenste nog bij de Heere te blijven schoolgaan. In twee verzen vraagt hij viermaal om onderwezen te worden in de genade. Het zou voor vele leraren goed zijn, dat zij, in plaats van hun eigen voorschriften te volgen en nieuwe denkbeelden voor zich zelf te scheppen, vroegen naar de goede, oude paden van Gods waarheid, en de Heilige Geest smeekten, hun een geheiligd verstand en een leerzame geest te geven. “Want gij zijt de God mijns heils.” De drieenige Jehova is de Oorzaak en Voleinder van de zaligheid voor zijn volk. Lezer! is Hij de God van uw heil? Vindt gij in de verkiezing van de Vaders, in de verzoening des Zoons, en in de levendmaking van de Heilige Geest de enigen grond van u eeuwige hoop? Zo ja, dan mag gij dit als een aanbeveling gebruiken om ook andere zegeningen te verkrijgen. Indien de Heere zich heeft voorgenomen u te redden, dan zal Hij zeker niet weigeren u zijn wegen te leren. Het is gelukkig zo wij tot de Heer kunnen spreken met hetzelfde vertrouwen, dat David hier openbaart! het zet aan ons gebed kracht bij, en geeft ons troost in beproeving. “U verwacht ik de gehele dag.” Geduld is de schone dienares en dochter van het geloof. Wij wachten blijmoedig, indien wij verzekerd zijn niet tevergeefs te wachten. Het is onze plicht en ons voorrecht, op de Heere te wachten, in arbeid, in moeite en in alle dingen, alle de dagen van ons leven. Ons geloof zal beproefd worden, en is het ware, zo zal het aanhoudende beproevingen verdragen, zonder te zwichten. Wij zullen niet moe worden op God te wachten, als wij ons herinneren, hoe lang en hoe genadig Hij eens op ons wachtte.