Wie dan de goederen van de wereld heeft, en zijn broeder gebrek ziet lijden, maar zijn hart voor hem toesluit, hoe kan de liefde van God in hem blijven? 1 Johannes 3:17
Stel je een hele grote kerk voor, zo groot dat het misschien wel de grootste kerk van de wereld was in die tijd! In die kerk werkte een bekende dominee, meneer Spurgeon. Maar hij deed het werk niet alleen. Er waren ook ouderlingen en diakenen die hem hielpen. En daarnaast waren er nog veel meer mensen die allemaal een taak hadden in de kerk. Op een dag kwamen Spurgeon en de diakenen bij elkaar om te praten over alles wat er in de kerk moest gebeuren. Misschien weet je nog dat deze kerk veel verschillende dingen deed. Ze hadden bijvoorbeeld een school waar mensen konden leren om dominee te worden, een weeshuis voor kinderen zonder ouders, en huizen waar arme, oudere mensen konden wonen. De kerk deed dus heel veel goed werk!
Maar om zo’n grote kerk goed te laten werken, heb je iets nodig. Weet je wat dat is? Denk maar eens aan je eigen huis. Wat hebben je ouders nodig om het huis goed te laten draaien? Juist: geld! Er moet geld zijn om de huur of hypotheek te betalen, voor gas en elektriciteit, voor eten en voor alle andere dingen die je nodig hebt. Zonder geld kun je niet alles doen wat nodig is. Dat is bij een kerk precies hetzelfde. Daarom geven mensen geld aan de kerk.
Tijdens de vergadering ontdekten Spurgeon en de diakenen dat één van de goede doelen van de kerk geld tekortkwam. Er was dus een probleem: ze hadden geld nodig! Wat moesten ze doen? De diakenen zeiden: ‘Laten we ervoor bidden.’ Dat klinkt goed, toch? Bidden is belangrijk, ook voor praktische dingen zoals geld. Maar Spurgeon zei: ‘Wacht even!’ Hij pakte een vel papier en schreef zijn naam erop: ‘C.H. Spurgeon – £ 50.’ Daarmee bedoelde hij dat hij £ 50 wilde geven aan het goede doel dat geld nodig had [£50 uit de Victoriaanse tijd (ca. 1860) is vandaag de dag ongeveer €9.245 waard].
Daarna gaf hij het papier door aan de diakenen. Zij konden hun naam erop schrijven en erbij zetten hoeveel geld zij wilden geven. Toen iedereen iets had opgeschreven, zei Spurgeon: ‘Nu, broeders, kunnen we met een gerust hart bidden!’ Want bidden is heel belangrijk, maar het is niet genoeg om alleen te bidden. Soms vraagt God ook dat we zelf in actie komen en iets doen. Dus: gehoorzamen én bidden, dat hoort bij elkaar!
In de Bijbel staat: ‘Wie dan de goederen van de wereld heeft, en zijn broeder gebrek ziet lijden, maar zijn hart voor hem toesluit, hoe kan de liefde van God in hem blijven?‘ (1 Johannes 3:17)
Zo kun je zien dat het goed is om te bidden, maar dat het soms ook belangrijk is om zelf te helpen als je dat kunt!