En Manoach zeide tot zijn huisvrouw: Wij zullen zekerlijk sterven, omdat wij God gezien hebben. RICHTEREN 13:22
Het was voor Manoach en zijn vrouw een grote vreugde en een grote eer, dat zij de ouders zouden zijn van een zoon door wie de Heere Israël zou bevrijden. Vreugde vervulde hen – een onuitsprekelijke vreugde – bij de gedachte eraan; maar op het moment dat het goede nieuws voor het eerst werd gebracht, was Manoah zo zwaar van geest dat hij zei: “We zullen zeker sterven, want we hebben God gezien”. Neem als algemene regel dat bewolkte luchten een regen van barmhartigheid voorspellen. Verwacht een zoete gunst als je een scherpe pijn ervaart. Herinnert u zich niet, dat de apostelen vreesden toen zij de wolk op de berg Tabor binnenkwamen? En toch was het in die wolk dat zij hun Meester zagen veranderen; en u en ik hebben veel angst gehad voor de wolk waar wij binnenkwamen, hoewel wij daarin meer van Christus en Zijn heerlijkheid zagen dan wij ooit eerder hadden gezien. De wolk die je vreest maakt de buitenmuur van die geheime kamer waarin de Heere zich openbaart. Ik geloof dat wanneer de Heere ons gaat gebruiken in Zijn dienst, Hij ons als een schotel neemt en ons helemaal leegt en reinigt en ons wegzet op de plank om ons daarna naar beneden te halen om er Zijn eigen hemelse vlees op te leggen, waarmee Hij de zielen van anderen kan vullen. Er moet in de regel een lediging zijn, een onderste boven draaien, een wegzetten, voordat de allergrootste zegen komt. Manoach dacht dat hij moest sterven, en toch kon hij niet sterven, want hij zou de vader van Simson zijn, de verlosser van Israël en de schrik van de Filistijnen.